Non-fictie / ‘Kronkelpaden van het geheugen’

Zonder materiaal staat een schrijver nergens. Zo ongeveer kun je de inleiding samenvatten die Tom Wolfe schreef bij zijn beroemde roman The Bonfire of the Vanities (1987). De meeste schrijvers, zegt Wolfe, belanden in het vak uit liefde voor de taal. Die taalgevoeligheid volstaat zolang ze gedichten schrijven. Na een tijdje willen ze zich aan proza wagen en stellen ze zich de vraag: waarover kan/moet/zal ik het eens hebben? Voor Wolfe is het antwoord eenvoudig: schrijf over wat er in de wereld gebeurt. Die wereld gedraagt zich trouwens als een opdringerig ‘beest’ en laat zich niet negeren. De schrijver kan ervoor op de vlucht slaan, of hij kan de confrontatie aangaan. Wolfe koos en kiest voor de confrontatie. Hij noemt het een gevecht, een worsteling. Zijn grote literaire held was en is Emile Zola, de auteur van onder andere Germinal (1885). Voor die roman daalde Zola letterlijk in diepe mijnschachten af. Een schrijver moet...