Debuutroman uit Las Vegas

‘Wat moet ik doen?’ fluistert een van de hoofdpersonen van Mooie kinderen in de laatste regels van de roman. Kenny, de jonge man die deze verzuchting doet, staat aan de rand van Las Vegas en kijkt de nachtelijke woestijn in. Hij spreekt zichzelf aan, of de goden die waken over de stad. Maar het is ook schrijver Charles Bock die deze vraag stelt aan de lezers van zijn debuutroman, die bijna vijfhonderd pagina’s lang ondergedompeld zijn geweest in de glitter en vooral de duisternis van de stad waar Bock opgroeide. Las Vegas is namelijk niet alleen een stad waar figuren uit road movies overhaast trouwen en hun laatste salaris vergokken. Hij wordt ook bewoond, door mensen die hun brood verdienen in de periferie van de goklust.

Mooie kinderen is geschreven vanuit het wisselende perspectief van een aantal van deze bewoners, in een zinderend, gejaagd proza dat lonkt naar Tom Wolfe en Brett Easton Ellis. Zoals Bock afdaalt in de krochten van de gokstad – de...