Een gehandicapte man vertelt een ‘zwerver’ zijn levensverhaal. Tomas Lieske is wel erg losgeslagen van een begrijpelijke plot, maar toch fascineert zijn roman.

Voor Tomas Lieske is het schrijven een avontuur, hij schrijft als op een ontdekkingstocht met ongewisse bestemming. Lieske lezen is ook een avontuur. De ene keer pakt dat goed uit, de andere keer teleurstellend. Dat hoort bij Lieskes benadering van de literatuur als waagstuk. Waardoor het altijd spannend is om aan een nieuwe Lieske te beginnen.

Eerder verweet ik hem weleens dat zijn proza, op de mindere momenten, ploegend en stroef kon zijn. Dat hing grotendeels samen met Lieskes nadrukkelijke aandacht voor de constructie van zijn verhaal. Die moet er zijn, wil je als schrijver niet verzanden in een literaire onanie, met een woekering van beelden en losse scènes. Op een bepaalde manier was het vaak een moeizaam huwelijk in Lieskes fictie, dat tussen beteugelend staketsel en gierende verbeelding. Het intrigerende van...