Column

In A Good Man in Africa beschrijft William Boyd hoe iemand vanaf een heuvel naar een Afrikaanse stad kijkt. Hij ziet een warboel van roestige golfplaten daken, die op hem overkomt als het product van een paranoïde stadsplanner. Het groeipatroon van die stad doet zich aan hem voor als een etterende en stinkende organische kweek, die zich onstuitbaar voortplant, gebruikmakend van ideale biologische omstandigheden. Clear the ground, denkt hij, let the jungle creep in.

Dat kan op meer dan één manier. In zijn boek The Harder They Come beschrijft Michael Thelwell de busreis van een jonge migrant van het platteland naar Kingston, Jamaica. Hij ontwaart die stad bij het binnenrijden als een gigantische vuilnisbelt, samengesteld uit her en der rondgestrooide keten van karton, golfijzer en houten planken. Het is er ordeloos, vuil, lelijk en bedreigend. Het doet hem ieder richtinggevoel verliezen en maakt de indruk van een vieze en zwerende massa tentakels die alles aantast, ook het...