Dimitri Verhulst

Het meest schrijnende aan de filmbeelden van de gijzelaars die nog even een verklaring mogen uit-brengen voor ze door hun IS-beul onthoofd worden, is hun houding. Ze zitten op de grond, op hun knieën, in afwachting van hun naderende dood, volledig weerloos. Ze weten wat er gaat komen, maar kunnen daar niets aan veranderen – de menselijke conditie in de meest onbarmhartige vorm.

Eigenlijk zijn ze daar teruggebracht tot de staat van een kind dat overgeleverd is aan volwassenen met redeloze zeggenschap over hem. Vermoedelijk brengt die vorm van degradatie, dwars tegen de onomkeerbare gang van het bestaan in waarin we opgroeien tot volwassene, het schrijnende teweeg aan de doodsvererende IS-filmpjes. Wat tot in de kleinste vezel van de toeschouwer doordringt, is: dit is niet alleen onrechtvaardig, maar vooral: het gaat tegen het leven in. Tegen alles waar een in de kern humanistische samenleving voor staat.
We horen altijd dat het beeld in deze tijd sterker is...