Jeroen Vullings bespreekt het boek van de week.

De nieuwe, semi-autobiografische roman Ik kom terug van Adriaan van Dis kent een verrassend geluksmoment. De adolescente ik is in de jaren zestig met zijn moeder in Londen, ze zijn daar om ‘de swami’ te ontmoeten. Het is knap met wat voor ingehouden weerzin de latere schrijver Van Dis die situatie beschrijft; zijn jongere ik wil namelijk liever op de hort met de stoere mods op hun scooters, maar moet in plaats daarvan mee op esoterische pelgrimstocht. In de zaal waar de swami zijn volgers treft, krimpt hij ineen van schaamte bij de overgave van zijn moeder aan deze ‘oplichter’. ‘Ze nam grote happen hotellucht die ze na vele seconden weer puffend liet ontsnappen.’ Hij weet al niet waar hij het moet zoeken als ze zich als vrijwilliger meldt om op het podium lijdend voorwerp te zijn van de gaven van de swami. Nóg erger wordt het als ze hém er publiekelijk bij betrekt, ‘my son’ die geestelijke bijstand behoeft. Daar...