‘Twee dagen en nachten was hij spoorloos. Hallucinerend dwaalde hij door de zuidelijke bossen en landerijen, bang om beroofd te worden, bang om vermoord te worden, gemarteld, opgegeten. Een etmaal lang verschool hij zich schokschouderend van angst in een met rottende euro’s gevulde greppel. De derde nacht liep hij terug, kilo’s afgevallen, gekneusd, van boven tot onder besmeurd met modder en bloed, hoestend als een hond. Hij trok de kruiwagen uit hun schuurtje, greep zijn spade en schepte de kuip vol met poen. Hij sjouwde hem de woonkamer binnen en stortte zijn rijkdom over de eiken vloer. “GELD!” schreeuwde hij onder aan de trap, “GELD!”’
Deze passage over waanzin die de protagonist Aaron treft, komt uit Peter Buwalda’s debuutroman Bonita Avenue. Het is indringend...
Je reactie wordt geplaatst zodra deze is goedgekeurd. Je reactie is geplaatst.