Voorjaar 2005 maakte zich lichte paniek meester van het CDA. Vice-premier Thom de Graaf had het debat in de senaat over de gekozen burgemeester niet overleefd. Er moest in de vacature worden voorzien.

Een van de scenario’s was dat D66-fractieleider Boris Dittrich tot het kabinet zou toetreden. Bij de formatie van 2003 was dat ook overwogen. De televisiegenieke oud-rechter had belangstelling voor de post van staatssecretaris van mediabeleid. De hele partij moest eraan te pas komen om Dittrich duidelijk te maken dat zo’n overstap niet kon: een fractievoorzitter was veel te hoog om onderminister te worden.

Na de val van De Graaf lag dat anders. Vice-premier en minister van Binnenlandse Za­ken was zwaar genoeg.

Een andere optie: Pieter van Geel zou de verantwoordelijkheid voor de bestuurlijke vernieuwing op zich nemen. Of Maria van der Hoeven. Dittrich kon dan vanuit het kabinet D66 als de onderwijs- en milieupartij bij uitstek profileren. CDA en VVD hadden geen bezwaar tegen...