1. Wees een muze, er zit niks anders op

‘Als acteur kun je maar binnen zeer kleine marges creëren, het is een heel afhankelijk beroep. Hoe succesvol je ook wordt, je blijft in de positie van het kind dat de orders van de regisseur opvolgt. Ik blijf alles inzetten – verleden, emoties, trauma’s – ter meerdere eer en glorie van een eindproduct waarvan ik niet aan de basis lig. Weliswaar ben ik krachtig en ambitieus, maar ik kan ook goed een blank masochistisch projectievlak voor een regisseur zijn. Het muzeschap is mij aangeboren, maar mezelf wegcijferen wreekt zich soms wel. Ik word altijd als jonge, seksuele vrouw gecast – in door mannen geschreven rollen – en als ik daarvan niet voldoende afstand neem, kan ik mijzelf verliezen in zo’n rol. Wat zou ik graag eens een analyserende Hamlet spelen!’

2. Haal je vader van zijn voetstuk

‘Elke keer weer verlies ik mij in een regisseur, nu is dat Ivo [van Hove, red.]. Ik ben bereid alles voor die man af te zeggen en te laten. Ik heb zo’n...