Ik schijn me te moeten verheugen in het nieuwe tumult rond Ayaan Hirsi Ali. Mensen in mijn omgeving redeneren dat haar uitdagen van Balkenende, de op te richten beweging, het spotten met Mark Rutte, koren op de radicale molen zijn. Dat is niet zo. De werkelijkheid is dat wij radicalen Hirsi Ali niet tot de onzen rekenen.

Ten tijde van de film Submission leek het de goede kant op te gaan, maar ze heeft niet doorgepakt. Het is te inhoudelijk wat zij zegt, te weinig pure provocatie. Als we Hirsi Ali radicaal noemen, kunnen we iedereen wel radicaal noemen. Al die humbug in dat interview is er op de redactie uitgeperst. Geloof mij, de grootste radicalen zitten op de eindredacties.

Hetzelfde geldt voor Salman Rushdie, die nu onderweg is naar Den Haag. Dat hij tegenwoordig Sir Salman is, heeft de fatwa nog wel een vleugje nieuw leven ingeblazen, maar dat is toch eigenlijk ondanks hemzelf. Nee, de radicale beweging heeft andere ridders nodig.

Humphrey Mijland, alias MC King Lover, dat is...