‘Mensenrechten zijn kernpunt van mijn beleid,’ zegt minister Maxime Verhagen bij herhaling. ‘Meer dan onder mijn voorgangers is het een onderdeel geworden van het dagelijkse diplomatieke werk.’ Die laatste claim zullen oud-ministers als Van der Stoel, en zelfs partijgenootministers als Kooijmans en Van den Broek wel gelaten over zich heen laten komen.

De nestor van de Nederlandse buitenlanddeskundigen, Jerôme Heldring, die het buitenlandbeleid binnenkort vijftig jaar vanaf de zijlijn becommentarieert in zijn rubriek ‘Dezer Dagen’, heeft er ook zo zijn twijfels over. Hij vindt het onverstandig voor een klein land om de mensenrechten tot kernpunt van zijn buitenlandpolitiek te maken (‘Maakt niet de minste indruk, werkt irriterend en is mogelijk zelfs contraproductief’). Je moet bescheiden blijven. Eigen roem stinkt, vindt hij. Een polemiek die in de krant, in de CDA-uitgave De Nieuwe Wereld én vorige week ook nog eens op een symposium van het wetenschappelijk bureau van het CDA...