Rotenstreich en Oppenheim

Vast geen toeval: binnen enkele dagen verschijnen bij één uitgeverij (De Geus) twee boeken (een roman en een gedenkschrift) van twee schrijfsters die vrijwel even oud zijn (resp. geboren in 1959 en 1958) over de erfenis van de oorlog voor de eerste generatie naoorlogse Joden. Bovendien treden beiden op het schrijverspad in de reuzenvoetstappen van een naaste: een van Nederlands bekendste romanschrijvers en de vaderlandse specialist op het gebied van de Tweede Wereldoorlog.

In de strijd om een snippertje media-aandacht troeft de roman het gedenkschrift probleemloos af. Niet vreemd, want Mirjam Rotenstreich is aan de zijde van haar man A.F.Th. van der Heijden uitgegroeid tot een Bekende Nederlandse, mede als gevolg van het tragische lot van zoon Tonio, die in de auteursbiografie op de achterflap niet ongenoemd blijft.

De roman is Verloren mensen, Rotenstreichs tweede. Het verhaal over de Joodse Abbi, die in een Zwitserse villa in alle rust de trauma’s...