Schiferli’s gedempte stem

Victor Schiferli is een van die dichters van wie je geen vuurwerk hoeft te verwachten. Hij heeft iets van een poëtische backbencher. Kalm en rustig schrijft hij zijn gedichten die vaak gaan over de evenzeer onwrikbare als verbazingwekkende staat van de wereld. Geen geschreeuw, geen lyrische exclamaties, geen peilloze droefenis of borende psychologie.

Dat deze betrekkelijke matheid ook mooi kan zijn, bewees Schiferli’s vorige bundel Verdwenen obers. In Toespraak in een struik (dat belooft weer een gedempt geluid) gaat hij op de ingeslagen weg voort, nog wat afstandelijker en constaterender, maar ook nog wat intrigerender. Een orgie in een telefooncel. / Een verhoor in een lucifersdoosje. / Een toespraak in een struik. // Vuurwerk achter de kast, met die woorden begint zijn eerste gedicht om aan te geven hoe hevige dingen soms weggestopt kunnen worden, maar omgekeerd ook hoeveel drama ogenschijnlijk rustige plekken kunnen bevatten.

Schiferli put zijn...