Niet altijd, maar toch vaak genoeg word ik met mijn neus op de feiten gedrukt – de feiten zoals die zich voordoen in heteroland. Dat land is mij zeer sympathiek, sommige van mijn beste vrienden wonen daar. Maar de zeden en gebruiken die er gelden plaatsen me toch dikwijls voor raadsels.

Aanleiding voor de nu volgende antropologische observaties is de verschijning van Robert Vuijsjes roman Alleen maar nette mensen en de vaak gramstorige en bijna altijd warrige reacties die dat boek teweegbracht, vooral bij het vrouwelijke deel van heteroland.

Ik ga dat boek niet navertellen, het is afdoende gerecenseerd. Het volstaat dat u weet dat een nette Joodse jongen uit Amsterdam Oud-Zuid een seksuele passie ontwikkelt voor stevige zwarte meisjes en vrouwen uit de Bijlmer.

Sommige mensen hebben dat boek een ‘journalistieke roman’ genoemd, en als ze daarmee bedoelen dat het verhaal dicht op de huid zit van de actualiteit, hebben ze daarin gelijk. Maar een roman blijft het. Vuijsje...