Beschouwing / Piet Gerbrandy over de literatuur van de Oudheid

Hoe lees je auteurs uit de klassieke oudheid? Alsof het tijdgenoten waren of als auteurs die in hun historische context gelezen moeten worden? Of, voorzover dat mogelijk is, als een mix van deze twee? En welke houding moet je dan als lezer aannemen? Die van de filoloog, die een objectief verslag wil geven van wat hij heeft gelezen, of die van de poëzieliefhebber die zijn leeservaring wil overbrengen?

Deze vragen zijn niet gemakkelijk te beantwoorden; aan het lezen van een klassieke tekst zitten nogal wat haken en ogen. Zo is het voor ons niet altijd meer te begrijpen wat het publiek in de Klassieke Oudheid of in andere eeuwen in sommige kunstvormen heeft gezien. Het achttiende-eeuwse treurspel is ons bijvoorbeeld totaal vreemd, het wordt daarom ook nauwelijks meer uitgegeven of opgevoerd. Evenmin zien we in wat de lol was van al die lange redevoeringen uit de tweede sofistiek en de Late Oudheid, uitgesproken door,...