Toen Daan de Neef van de week onverwacht bekendmaakte dat hij uit de VVD-fractie stapte vanwege de ‘ijskoude’ aanpak van de asielcrisis (‘Ik kan en wil dit niet verdedigen’), dacht ik: wanneer was ook weer de laatste keer dat er een VVD’er om principiële redenen zijn of haar zetel of positie heeft opgegeven?
In de recente geschiedenis van de partij zijn legio voorbeelden te vinden van tussentijds vertrek om opportunistische redenen: Kamerlid Bart de Liefde die zijn Kamerlidmaatschap opzegde om lobbyist te worden bij Uber, Arno Rutten die koos voor de consultancy, Foort van Oosten die er tussenuit piepte om burgemeester te worden, Cora van Nieuwenhuizen die voortijdig aftrad als minister van Infrastructuur en Waterstaat om voorzitter te worden van lobbyclub Energie-Nederland.
Nog veel meer voorbeelden zijn er te vinden van ónvrijwillig vertrek: Fred Teeven, Ivo Opstelten en Ard van der Steur die weg moesten vanwege de bonnetjesaffaire, Anne-Wil Duthler die uit de...
Je reactie wordt geplaatst zodra deze is goedgekeurd. Je reactie is geplaatst.
Als ik Wikipedia erop nasla en zijn interesses beschouw, is het een raadsel dat hij ooit bij de VVD terecht is gekomen. Kennelijk heeft hij zich dat nu ook gerealiseerd. Beter ten halve gekeerd dan ..
Heel mooi en menselijk. Ze bestaan nog, Goddank.
\”Falend asielbeleid hebben ze niet aan zich zelf te danken\” klinkt wel erg eufemistisch. Falen was gewoon bewuste keus