Het is een mooie scène in Maarten Asschers roman Een schaduw van een vriend wanneer een van de vrienden waarover de roman gaat ‘s-avonds in bed stapt. Zijn vrouw ligt te lezen, maar doet haar wijsvinger tussen de pagina’s waar ze gebleven is en luistert naar wat hij te zeggen heeft. Hij heeft het over zijn vijf leden tellende jaarclub die al veertig jaar regelmatig bij elkaar komt, maar nu door een journaliste wordt achtervolgd omdat een van de mannen als politicus extreem rechtse ideeën aan het verkondigen is. Veel geduld heeft de vrouw niet met wat haar man vertelt. Ze heeft wel begrip voor die journaliste. Ze vindt dat mannenclubje van haar man ‘behoorlijk oubollig’. Het is niet bepaald haar wereld.

Wanneer zich deze scène voordoet is de roman een kleine zestig pagina’s op streek en ben ik het volmondig eens met deze Thecla, de vrouw van vriend Marcel, een middelbare bestuurder, commissaris en adviseur bij verschillende bedrijven. Van Marcel wordt door zijn vriend...