De wieken van de molens in het Limburgse weidelandschap draaien gestaag. Bij vlagen valt er regen. Aan de rand van het veld staan een informatiebord, een picknicktafel en een oplaadpunt voor e-bikes. De twee molens zijn in bezit van de Limburgse energiecoöperatie Zuidenwind. Bestuurslid Andres Bauer wijst naar een perceel met grashalmen en struiken: ‘Dat is een voedselbos. Het ziet er alleen een beetje troosteloos uit in de herfst.’

In een elektriciteitshuisje, beschut tegen wind en regen, vertellen Bauer en buurtbewoner Pieter Nuij over de ontwikkeling van windturbines in het dorpje Ospeldijk, een paar kilometer verderop. ‘Het leek me een leuke uitdaging om ervoor te zorgen dat die in lokaal eigendom zouden komen,’ zegt Bauer. Nuij, de oprichter van de Dorpsraad, trad op als gespreksleider bij de eerste informatieavond. ‘Er waren gelijk aanvallen op de persoon,’ vertelt Nuij. ‘Dat had buskruit kunnen zijn.’ Maar het lukte om de boel te sussen. De coöperatie hield...