Misschien staat het verhaal ‘Brommer op zee’ wel model voor de verhalen van Maarten Biesheuvel. Het is verrassend en absurd, het is grappig, en het heeft een religieuze connotatie die er niet toe doet (Jezus die op het water loopt). Het verhaal wordt gedaan alsof het de gewoonste zaak van de wereld is dat de scheepsjongen Isaäc vanaf het achterdek van het schip waarop hij vaart een man op een brommer ziet aankomen. Mooi beeld (en dan ook meerdere malen getekend).

De manier waarop de bromfietser (door via een touwladder op het dek te zijn gehesen) daarna zijn rijtechniek uitlegt is zo gewoon en overtuigend – ‘Het is immers zaak om als het ware luchtigjes over het water te dansen’ – dat Isaäc op de gedachte komt hem te vragen of hij niet als bijrijder mee kan. Nee, daar heeft hij geen zin in.

Dan eindigt het verhaal met een lichtelijke hopeloze patstelling: als hij de man weg ziet rijden staat het huilen Isaäc nader dan het lachen: ‘hij hoorde niet op de wal, hij...