In Landverrader laat Helmert Woudenberg overtuigend zien hoe zijn grootvaders politieke ideologie ontspoorde.

Toen de toneellampen aangingen zag Dick Woudenberg (87) zijn vader Jan op een brits in zijn isoleercel zitten. De beginscène van het solostuk Landverrader, vorige week donderdag, op het podium van de Haarlemse Toneelschuur was om meer dan één reden een betekenisvol moment.

Natuurlijk, de in NRC Handelsblad terecht door Kester Freriks met vier ballen beloonde voorstelling gaat over de manier waarop het aanvankelijk nog redelijk onschuldige nationaal-socialisme van Jan Woudenberg ontspoorde. Hoe de directeur van een IJmuidense vishandel, als een van de tien kinderen van een melkboer opgegroeid in de Amsterdamse Jodenhoek, als leider van de gelijkgeschakelde arbeidersbeweging geleidelijk steeds verder werd meegetrokken in het kwaad, tot hij een medeplichtige werd van het misdadigste regime van de twintigste eeuw.

Maar voor de goede verstaander schetste Jan...