Als er één bewindspersoon is die alle waardering verdient, is het de onvermoeibare Eric van der Burg: de VVD-staatssecretaris die zich al jaren een slag in de rondte werkt voor de opvang van asielzoekers, onder forse tegenwerking vanuit zijn eigen partij. Het was Van der Burg die in oktober met tomeloze inzet de spreidingswet door de Tweede Kamer wist te krijgen, en vervolgens meemaakte dat zijn eigen lijsttrekker Dilan Yesilgöz zich tijdens de campagne tegen dezelfde wet keerde, en na de verloren verkiezingen een motie indiende met de oproep aan de Eerste Kamer om vanwege de verkiezingsuitslag ‘pas op de plaats’ te maken met de behandeling van wat in de woorden van Geert Wilders een ‘dwangwet’ is gaan heten. De oproep tot uitstel stuitte op een nee in de Eerste Kamer, ook van de VVD-fractie: de senaat laat zich niet de wet voorschrijven.

Maar het is nog steeds volkomen ongewis of de spreidingswet het in januari gaat halen: dat zal niet alleen van de VVD-senatoren...