In de vermaarde reeks lezingen De Brandende Kwestie die de Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam (SLAA) in de eerste helft van de jaren tachtig in de Amsterdamse Balie organiseerde, was in oktober 1983 de beurt aan de criticus en essayist Cyrille Offermans.

Zijn lezing ging onder de titel Vroeg oud over alles wat in de samenleving de vitaliteit van mensen onderdrukte, van de ‘burgerlijke’ cultuur in het algemeen, het vervreemdende lopendebandwerk, het grote aantal cynische realisten tot de passieve consument die zich zo snel mogelijk voor de televisie op de bank nestelde. Dit was een patente manier om vroeg oud te worden.

Als een remedie tegen die veroudering voerde Offermans de kunst aan. Kunst is revitaliserend, die vernieuwt zich steeds en nodigt uit de wereld voortdurend met frisse ogen te zien, alsof alles elke dag opnieuw begint. In de kunst kom je geen uitgebluste grijsaards tegen: ‘Wie wel eens foto’s of filmbeelden heeft gezien van Picasso op zeer hoge...