‘Goedemorgen, Frans! Beetje goed geslapen? Ik heb thee voor je. Ook heb ik een paar sjekkies voor je gedraaid. Ben je rustig? Kom je zelf naar buiten? Of moeten we je boeien?’

Het is maandagochtend, net na half negen. Anouk praat door het luikje van de separeerruimte waarin Frans het weekend heeft doorgebracht. (‘Bij de Kijvelanden hebben we het liever over separeren dan over isoleren,’ heeft een woordvoerster laten weten na een check op de tekst. ‘Ook spreken we van kamers in plaats van cellen. Evenmin straffen we patiënten omdat ze immers in behandeling zijn. Wel kunnen we ze bij ongewenst gedrag een maatregel opleggen. Die maatregel is er altijd op gericht om de veiligheid te waarborgen.’)

Anouk is een van zijn groepsbegeleiders in tbs-kliniek de Kijvelanden in Poortugaal, een dorp onder de rook van Rotterdam. Zo’n 120 tbs-patiënten zijn daar verdeeld over elf afdelingen, allemaal vernoemd naar een edelsteen. Tbs’ers met bipolaire stoornissen, psychoses en...