Mijn vader vraagt via WhatsApp of hij een boek bij me moet langsbrengen. ‘Nee,’ zeg ik, ‘jullie moeten thuisblijven.’
Een paar uur later belt mijn moeder. ‘Ik hoor van papa dat we een boek bij je moeten langsbrengen,’ zegt ze. ‘Dus dat komen we straks doen.’ Ik herhaal wat ik ook tegen mijn vader gezegd heb: dat ze binnen moeten blijven. Mijn vader reageert geïrriteerd via WhatsApp. ‘Wij mogen wandelen,’ zegt hij.
‘Alleen met ruimtepakken aan,’ zeg ik. Die hebben ze niet, dus ik hoop dat ze hun consequenties trekken. Ondertussen is de kans een stuk groter dat ze allang buiten zijn, rondslenterend langs de grachten, omringd door corona-spreaders.
Dingen met WiFi
Een paar dagen eerder had ik mijn ouders – allebei gezonder dan ikzelf, maar wel zestig en zeventig, dus risicogroep – gesommeerd naar hun zomerhuisje te gaan en niet meer terug te komen tot de pandemie over Nederland heen was gewaaid. Maar, zeiden ze gister, het weer werd slecht, en dan is het saai buiten de stad. Bovendien, zei mijn moeder, moesten ze thuis ‘dingen doen’.
‘Wat voor dingen dan?’ vroeg ik.
‘Dingen met wifi,’ zei ze. ‘Dingen met Zoom.’
‘Wij mogen wandelen,’ zegt mijn vader. ‘Alleen met ruimtepakken aan,’ zeg ik.
Dus namen mijn ouders weer intrek in hun woning in hartje Amsterdam – hartje besmettingsgevaar, als je het mij vraagt.
Hardleerse ouders
Ik blijk niet de enige met hardleerse ouders. Een groot deel van mijn kennissenkring beklaagt zich er de laatste dagen over dat de rollen ineens zijn omgedraaid: dat zij degenen zijn die tegen hun ouders zeggen dat ze voorzichtig moeten doen, in plaats van andersom. ‘Mijn ouders zijn dit weekend op een kunstbeurs geweest in Londen,’ zegt een vriendin als ik mijn frustraties met haar deel. Een vriend vertelt dat zijn moeder in de laatste week van maart nog met het vliegtuig op vakantie was gegaan naar Portugal als hij haar niet had tegen gehouden. De vader van een goed vriendinnetje (zestig plus, hartpatiënt) vroeg afgelopen week via WhatsApp of ik zin had om te komen eten.
Mijn eigen generatie – de millennials – lijkt collectief te wijzen naar die van onze ouders – de babyboomers – als voorbeeld van hoe het niet moet in deze tijden.
Een artikel in The New Yorker over ‘boomer’-ouders die het coronavirus maar niet serieus willen nemen, wordt gretig op sociale media gedeeld door mijn vrienden en kennissen – en is voor vrijwel iedereen herkenbaar. Artikelen van dezelfde strekking verschijnen op de site van Vogue en Rolling Stone.
Mijn eigen generatie – de millennials – lijkt collectief te wijzen naar die van onze ouders – de babyboomers – als voorbeeld van hoe het niet moet in deze tijden. Waarom willen die zestigers en zeventigers de maatregelen maar niet serieus nemen, vragen we ons af. Waarom zijn ze niet voorzichtiger?
Twee verschillende diersoorten
Anderzijds, zijn we zelf dan wel voorzichtig? Op zaterdagavond 14 maart, toen de corona-paniek al lang en breed was uitgebroken, de meeste evenementen geannuleerd waren en de ellenbooggroet al gemeengoed was, zat een groot deel van mijn vriendenkring nog in het café.
Op sociale media wemelde het van de foto’s en video’s die verslag deden van ‘laatste avondmalen’ en van het ‘dansen op de vulkaan’. Het leek alsof mijn leeftijdsgenoten hun bezoekjes aan de horeca hogere prioriteit gaven dan hun eigen gezondheid – en die van de rest van het land.
Zet het gedrag van die avond naast de huidige wijzende vingers richting oudere generaties (‘Mijn vader heeft laatst koffiegedronken op een bankje op straat, zo onvoorzichtig!’) en het lijkt of je twee verschillende diersoorten vergelijkt.
Waarom categoriseer ik alles wat mijn ouders doen ineens als typisch babyboomergedrag tijdens corona, terwijl ik mijn leeftijdsgenoten zo’n beetje alles vergeef?
Naast die uitnodiging van de vader van een vriendin, ben ik ook al door meerdere vrienden uitgenodigd om te komen eten – maar op de een of andere manier zie ik dat niet als symptomatisch voor het gedrag van millennials. Waarom categoriseer ik alles wat mijn ouders doen ineens als typisch babyboomergedrag tijdens corona, terwijl ik mijn leeftijdsgenoten zo’n beetje alles vergeef?
Hanteerbare begrippen
Volgens Andries van den Broek, onderzoeker bij het Sociaal Cultureel Planbureau, is het niet heel vreemd dat we juist in deze tijd houvast zoeken in de vorm van begrippen als generaties. ‘De corona-crisis is bij uitstek een situatie die we heel moeilijk kunnen begrijpen,’ zegt hij. ‘Daarom gaan we op zoek naar hanteerbare frames om de werkelijkheid nog een beetje te vatten.’
Wat er om ons heen gebeurt, daar begrijpen we niks van, maar de reacties van onze ouders, die begrijpen we in elk geval wel heel goed.
We worden overspoeld door een gebeurtenis waar we rationeel niets mee kunnen – dus gaan we maar om ons heen slaan met ‘waarheden’. Als ik vrienden vraag waar het gedrag van die boomers toch vandaan komt, hebben ze allemaal een heel helder antwoord. Ze wanen zich onaantastbaar, ze zijn oud en dus minder bang om dood te gaan, ze zijn opgegroeid in de jaren zestig en hebben daardoor een natuurlijke afkeer van gezag.
Wat er om ons heen gebeurt, daar begrijpen we niks van, maar de reacties van onze ouders, die begrijpen we in elk geval wel heel goed.
Een gemeenschappelijke vijand
Ondertussen, zegt Van den Broek, slaat dat inkaderen in generaties, en bepaald gedrag als passend daarbij, doorgaans nergens op. ‘Mensen verwarren generatieverschillen heel vaak met leeftijd.’ Natuurlijk gedraagt iemand van 25 zich anders dan iemand van 70 – in welke situatie dan ook. ‘Maar komt dat dan simpelweg doordat iemand jonger of ouder is, of daadwerkelijk door de periode waarin iemand is opgegroeid en de manier waarop hij of zij daardoor is gevormd?’
Zeker in het geval van de coronacrisis – een situatie die voor iedereen nieuw is – kan er helemaal geen sprake zijn van een reactie ‘typisch’ voor een bepaalde generatie, zegt Van den Broek. ‘Iedereen is zoekende. Niemand heeft hier een receptenboek voor op de plank.’
Om onszelf maar een houding te geven in een tijd die aanvoelt als een grimmige kermisattractie, willen we tenminste nog het gevoel hebben bij de ‘goede groep’ te horen.
Misschien proberen we vooral groepsgevoel te creëren door naar andere generaties te wijzen. Om onszelf maar een houding te geven in een tijd die aanvoelt als een grimmige kermisattractie, willen we tenminste nog het gevoel hebben bij de ‘goede groep’ te horen – in mijn geval de millennials. En om dat gevoel een handje te helpen, vergroten we verschillen uit die er vermoedelijk helemaal niet zijn. Wat werkt er immers beter voor het groepsgevoel dan een gemeenschappelijke vijand?
Fatale val
Na een week of twee in isolatie ben ik begonnen met een nieuw project: het bouwen van een terras op de steiger die een paar weken geleden rond mijn huis is geplaatst – net op tijd om de thuisisolatie wat extra kracht bij te zetten. Elke middag, als de schilders naar huis zijn, lanceer ik mezelf vanuit mijn slaapkamerraam de stellage op, om daar – met alleen een plankje van zo’n twintig centimeter tussen mij en een fatale val in de binnentuin – te genieten van de laatste uren zon.
‘Er kan ook ineens een piano uit de lucht vallen als ik naar buiten loop.’
‘Val je daar niet af,’ vraagt mijn vader een keer aan de telefoon.
‘Nee,’ zeg ik, ‘er zit een plankje voor.’
‘Zeker een heel klein plankje.’
‘Ja,’ zeg ik, ‘maar er kan ook ineens een piano uit de lucht vallen als ik naar buiten loop.’
Levensbedreigender
Terwijl ik mijn ouders constant loop te betuttelen als ze weer eens stiekem naar de Albert Heijn zijn gegaan, begeef ik mezelf in een situatie die weliswaar niet corona-gerelateerd is, maar veel levensbedreigender. Het duurt niet lang voor ik mijn eigen hypocrisie in begin te zien.
Niet alleen op dit front, trouwens. Mijn ouders moeten koste wat kost de stad uit, vind ik, maar ik mag blijven waar ik ben. Mijn ouders moeten om de haverklap vijf minuten lang hun handen wassen; ik vind het na een paar seconden meestal wel welletjes, en vaak vergeet ik het gewoon. Mijn ouders moeten de hele dag binnen blijven, maar ik mag eindeloos wandelen in het park.
Ik hoor toch bij de voorbeeldige millennials, niet bij de hardleerse boomers. Wat doe ik eigenlijk buiten?
Tijdens zo’n wandeling gebeurt er zoiets dat alleen in deze tijd kan gebeuren: ik kom mijn beste vriendin tegen. Zomaar, op straat. We kunnen allebei wel huilen van geluk, en doen datgene wat voor millennials op zo’n moment het meest natuurlijk voelt: onze telefoon pakken en een foto maken. Op Instagram zet ik er een paar hartjes bij.
Als ik even later weer alleen verder loop, word ik bevangen door een lichte paniek. Ik pak snel mijn telefoon, en verwijder de foto, bang dat mijn onverbiddelijke leeftijdsgenoten mijn afvallige gedrag allang hebben gezien. Ik hoor immers bij de voorbeeldige millennials, niet bij de hardleerse boomers. Wat doe ik eigenlijk buiten?
#ikblijfbinnen
Onder millennials is de laatste dagen iets ontstaan dat lijkt op een Foucaultiaans panopticon: op sociale media roept iedereen elkaar, vriendelijk en minder vriendelijk, op om binnen te blijven. Influencers gebruiken hun Instagramkanaal – waar ze eerder haarproducten aan de man probeerden te brengen, of anders een nieuwe kledinglijn – nu om de hashtag #ikblijfbinnen te promoten, foto’s van zichzelf in quarantaine te posten, en vooral filmpjes te delen van mensen die zich niet houden aan de anderhalve-metergrens, met bijbehorende shaming in de vorm van ‘#covidiots’ of een huilende emoji.
Een vriendin deelde een video van een sportsessie in het park en verloor daardoor meteen een stuk of twintig volgers.
‘Ik heb Instagram gisteren verwijderd,’ zegt een van mijn vriendinnen. ‘Ik kon geen boodschappen meer doen zonder me schuldig te voelen.’
Een andere vriendin vertelt dat ze onlangs een foto uploadde vanuit een wijnwinkel en daar een hele stroom aan terechtwijzende berichten op kreeg. Weer een andere vriendin deelde een video van een sportsessie in het park en verloor daardoor meteen een stuk of twintig volgers.
Waakhonden van de overheid
Het lijkt alsof millennials niet alleen houvast zoeken door naar ouderen wijzen, maar ook door elkaar op te jutten nog strenger in de leer te zijn als het gaat om corona-maatregelen. Een heel menselijke reactie op een stressvolle situatie, zegt Paul van Lange, hoogleraar sociale psychologie aan de VU. Om te overleven moet de mens samenwerken, legt hij uit. ‘En de groep waar jij toe behoort, daar ben je het meest op aangewezen.’
Om ons veiliger te voelen, gaan we daarom de gedeelde opvattingen en meningen binnen de groep extra uitvergroten zodat we positieve eigenwaarde kunnen ontlenen aan het gedrag van onze eigen groep. Wij, millennials, houden elkaar bij de les – zodat elke millennial zich persoonlijk wat beter bestand voelt tegen het coronavirus.
Dat de millennials – van wie een groot deel zo’n drie weken geleden dus nog met oogkleppen op in het café zat – nu zo rigide zijn, komt ook doordat ze constant digitaal met elkaar in contact staan.
‘Je ziet dat mensen door interactie met hun bubbel altijd nog meer overtuigd raken van hun mening.’
‘Je ziet dat mensen door interactie met hun bubbel altijd nog meer overtuigd raken van hun mening,’ zegt Van Lange. Zet bijvoorbeeld een groep PvdA-stemmers bij elkaar voor een uurtje discussiëren, en de kans is groot dat ze er nog linkser uitkwamen dan ze er ingingen – meer richting GroenLinks of SP.
Hetzelfde gebeurt op dit moment op sociale media als het gaat om de coronamaatregelen: zet een groep maatschappelijk bewuste twintigers en dertigers bij elkaar op een platform, en ze ontwikkelen zich al snel tot een soort waakhonden van de overheid.
Seniorenuurtje
Mijn ouders zijn ondertussen zo ongeveer de meest corona-bewuste mensen die ik ken. Ze zitten braaf in het zomerhuis – inmiddels is Zoom ook daar geïnstalleerd – te wachten tot alles is overgewaaid. Mijn moeder vertelt aan de telefoon hoe mijn vader in het naburige dorp als een kamikazepiloot over straat loopt, haar hardhandig meesleurend naar de overkant van de straat als iemand zich weer eens weigert te houden aan de anderhalve meter grens – of dreigt dat te doen. Boodschappen doen ze alleen nog tijdens het seniorenuurtje, want dan zijn er minder mensen in de supermarkt.
Strikte millennial of hardleerse boomer, #covidiot of #binnenblijver. De waarheid is: ik doe maar wat. Ik kan de situatie om mij heen op geen enkele manier begrijpen, mijn eigen reactie en die van anderen evenmin. En ik kan me niet anders voorstellen dan dat dit, onder al het rationaliseren waar we collectief zo’n fan van lijken, eigenlijk voor iedereen zo is.
We intellectualiseren ons suf de laatste weken, klampen ons vast aan cijfers die elk uur weer anders zijn, bedenken ‘feiten’ waar we op terug kunnen vallen, zodat we maar niet geconfronteerd hoeven te worden met dat enge niet-weten.
Tijden veranderen, mensen ook – en als tijden heel snel veranderen, veranderen mensen net zo hard mee. Misschien is dat dan de enige les die we voorlopig uit deze situatie kunnen trekken.
Je reactie wordt geplaatst zodra deze is goedgekeurd. Je reactie is geplaatst.