Het was op een maandagavond in februari en de Oekraïense president Volodymyr Zelensky stond de verzamelde pers nog in pak te woord – de week erop al zou hij zich in legerkleuren kleden. Naast hem in de barokke zaal van het Mariinskipaleis in Kiev stond de nieuwe bondskanselier, Olaf Scholz. Eerder was Emmanuel Macron al geweest. En Boris Johnson. De Russische invasie was op handen – of juist niet. Maar heel even ging het daar niet om.

Het ging erom dat vliegtuigmaatschappijen hadden besloten hun reizen naar en van Kiev te staken. Want ergens in die week zou volgens de VS de Russische aanval beginnen. Waarna, vlak voor Scholz’ bezoek, vanaf een hoofdstedelijk vliegveld een recordaantal chartervliegtuigen was opgestegen. En privéjets. Duur spul. Al snel regende het berichten op de Oekraïense nieuwssites: ‘Oligarchen en zakenlui verlaten Kiev’.

Zelensky wilde hier iets over zeggen. ‘Een burger is niet iemand die een paspoort heeft. Dat is iemand die zich vandaag in...