Op 10 juni 2011 werd Yuri Boedanov op klaarlichte dag doodgeschoten in het zuiden van Moskou. Vier kogels troffen zijn hoofd. Ruim twee jaar daarvoor was de voormalige militair vervroegd vrijgelaten uit de gevangenis.

In 2003 werd Boedanov, ooit onderscheiden met de Orde voor Dapperheid, schuldig bevonden aan ontvoering en mishandeling van en moord op een achttienjarig Tsjetsjeens meisje. Het was de eerste keer dat een Russische officier veroordeeld werd wegens oorlogsmisdaden in Tsjetsjenië.

In het omstreden proces tegen Boedanov stond mensenrechtenadvocaat Stanislav Markelov de familie van het vermoorde meisje bij. Vier dagen na Boedanovs vervroegde vrijlating werd Markelov geliquideerd.

Haratischwili volgde het bloedige spoor dat haar via de Russische rechtszaal naar een dorpje in de Tsjetsjeense bergen bracht.

Anna Politkovskaja, de Russische journaliste die onverschrokken kritisch berichtte over Boedanov, Poetin en de misstanden in de Tsjetsjeense Oorlogen, leefde toen al...