Wie eenmaal een paar van Jacob Vrels sobere schilderijen van interieurs, straatjes en stadsgezichten heeft gezien verwacht niet dat hij zo frivool is dat hij op een van zijn straatjes een man schildert die vanuit een hoog dakraam een stukje papier met de naam ‘Jacobus Vrel’ naar beneden gooit. Het dwarrelt sierlijk naar beneden.

Dit was de manier waarop Vrel zijn schilderijen kon signeren, als een vliegend visitekaartje. En het blijft niet bij dit strookje papier in de lucht. Vrel zette zijn signatuur nooit links- of rechtsonder, zoals de meeste schilders doen. Hij schreef zijn naam op een papiertje dat hij dan ergens in het schilderij op de grond gooide. Je denkt dat er een propje ligt dat een kind heeft achter gelaten, maar dat kind is Jacobus Vrel.

Dit is raadselachtig eigenzinnig, terwijl het er op Vrels schilderijen van interieurs zo eenvoudig en doorzichtig uit ziet – schijnbaar. Simpeler kun je het nauwelijks hebben: op elk schilderij van een ruimtelijk interieur...