Rond het Binnenhof waren de schijnwerpers deze week vooral gericht op de twee kroonprinsen van het CDA: Hugo de Jonge en Wopke Hoekstra. De Jonge, minister van Volksgezondheid, moest zich laten gelden als bedachtzaam en daadkrachtig coördinator van de coronabestrijding en Wopke Hoekstra, minister van Financiën, als behendig onderhandelaar in de Europese arena. Geen van beiden kwamen ze er zonder kleerscheuren doorheen.

Nadat het al dagenlang alarmerende berichten regende over het gebrek aan beschermende middelen in de verpleeghuizen en de thuiszorg, zodat zorgverleners worstelen met het gruwelijke dilemma of ze patiënten dan maar onbeschermd moeten behandelen, ontkende De Jonge dinsdag op de wekelijkse persconferentie met klem dat het dilemma dagelijkse realiteit zou zijn.

‘Deze vraag speelt nu nog niet en mag ook niet spelen’, stelde hij. Waarna een storm van kritiek opstak en De Jonge in de Kamer door een woedende oppositie in het nauw werd gedreven, zodat hij...