Dubbelrecensie
Aan de andere kant van de Berlijnse Muur

In de rubriek Ja, maar… reageert literatuurcriticus Dieuwertje Mertens (1983) op overwegingen van haar collega Carel Peeters (1944) bij het lezen van Het koor van de 300 moordenaressen van Willem du Gardijn (1964), dat zich afspeelt in de grauwe werkelijkheid van het voormalig Oost-Duitsland.


Fotografie Thierry Noir / Wikimedia Commons

5 minuten leestijd
In de val gelopen, Carel Peeters

Het blijft wringen dat Willem du Gardijn zijn roman Het koor van de 300 moordenaressen situeert in het voormalige Oost-Duitsland. Dat communistische land is achter de horizon verdwenen. Ervoor in de plaats is het deel van Duitsland gekomen dat massaal extreem-rechts stemt. Nu in een roman nog terugkeren naar de tijd van de Stasi, het afluisteren, het verklikken, het volgen van het doen en laten van gewone mensen en daarvan vette dossiers bijhouden, is zonde van de tijd. Het beste is de mensen en het leven in de roman als exemplarisch te zien voor een autocratische staat: zo gaat het daar aan toe. Maar aan zulke dystopische romans hebben we tegenwoordig geen gebrek. We hebben weleens eerder gelezen dat mensen voor de geringste overtreding van regels worden opgepakt, in elkaar geslagen en opgesloten. En dat de openbare voorzieningen in zulke landen kraken en piepen, dat alles er half stuk is.

Willem du Gardijn: 'Het koor van de 300 moordenaressen'. Uitgeverij Koppernik
Willem du Gardijn: 'Het koor van de 300 moordenaressen'. Uitgeverij Koppernik
Willem du Gardijn: ‘Het koor van de 300 moordenaressen’. Uitgeverij Koppernik

Cultuur
Gerelateerd