De macro-economische situatie bepaalt in hoge mate hoe krap of hoe ruim het begrotingsbeleid zou moeten zijn. Jarenlang stond de rente op de ondergrens van de centrale bank, nabij nul. De inflatie was niet omhoog te branden. En de economie groeide maar matig. Economen spraken van langdurige stagnatie. Bij chronisch tekortschietende vraag en lage inflatie was het verstandig om een ruim begrotingsbeleid te voeren. Bovendien was geld lenen voor de overheid gratis.

Maar toen kwamen corona en de oorlog in Oekraïne. De economie werd geraakt door zowel negatieve aanbod- als positieve vraagschokken. Het aanbod in de economie nam tijdens corona af door de ontregeling van de productieketens vanwege de lockdowns, de verstoringen in de internationale handel (denk aan Brexit en de spanningen tussen de VS en China) en de sterk gestegen prijzen van grondstoffen, transport, energie en voedsel na de Russische invasie van Oekraïne.

Tegelijkertijd werd de vraag aangejaagd door de...