Ze had gedacht in hem een linkse medestander te vinden, theatermaakster en schrijfster Marjolijn van Heemstra, toen ze György Konrád opzocht in zijn zonnige appartement in Boedapest. Sprak hij zich in zijn boeken niet uit voor universele mensenrechten? Was hij, vogelvrije Jood onder het nazisme, dissident onder het communisme, niet bij uitstek iemand van wie je begrip zou verwachten voor mensen op de vlucht? Maar nee. We verkwanselen onze traditie van humanisme en individuele vrijheid door zoveel vluchtelingen uit islamitische landen op te nemen, zegt Konrád tot Van Heemstra’s blau-augige verbijstering. Voor hem is de islam het nieuwe totalitaire gevaar.
In hun wantrouwen tegenover buitenlanders en politici lijken de afgehaakte burgers van Almere Haven, die Max van Weezel en Margalith Kleijwegt aan het woord laten in een diepgravende reportage, verrassend veel op de Hongaarse schrijver. Net als Konrád voelen ze zich bedreigd door alles wat aan open grenzen, vluchtelingen en...