‘Ik vond Buikhuisens plannen ook heilloos, maar ik dacht: daar hoef ik niets over te schrijven.’ Zo begon eerste de column waarin Piet Grijs zich verdiepte in ‘Biologie en misdaad’. En hij ­besloot: ‘Buikhuisen c.s. denken misschien dat het relletje in één week is afgelopen, maar ze vergissen zich.’

Dáárin heeft Grijs gelijk gekregen: de zaak-Buikhuisen was nog lang niet voorbij in de lente van 1978. Inmiddels is de samenstelling van de partijen veranderd, de clash is niet meer dan een af en toe opflakkeren­de veenbrand, maar de vrede is nooit getekend. Niet na afloop van de Eerste en ook niet na afloop van de Tweede Buik­huisense Oorlog, zoals Piet Grijs zijn guerrilla tegen de hoogleraar in Vrij Nederland noemde.

Waar ging die strijd ook alweer over? Wouter Buikhuisen (1933) was in 1965 gepromoveerd op ‘Achtergronden van nozem­gedrag’ en was de bedenker van het begrip ‘provo’. Na een hoogleraarschap in Groningen en een periode als onderzoeker bij...