Terwijl De tuinen van Buitenzorg over het veertienjarige (1935-1949) verblijf van zijn ouders in Nederlands-Indië zou gaan, verlaat Jan Brokken ze al in het tweede hoofdstuk. Daar gaat hij het meteen over Buitenzorg zelf hebben, dat wil zeggen over ‘s Lands Plantentuin, de majestueuze hortus botanicus op drie uur rijden van Batavia.

Daar wandelde de drieëntwintigjarige Olga toen zij met Brokkens latere vader in 1935 in Indië aankwam en voorafgaand aan hun bestemming op het eiland Celebes afwisselend in Batavia en Buitenzorg doorbrachten. Zijn toekomstige moeder (hij werd geboren in 1949) raakte ‘op slag verliefd op de tropen, niet alleen gevoelsmatig maar ook zintuiglijk, door alle geuren.’ Ze begon er iets ‘van de uitzinnigheid van de tropen te begrijpen.’ Dit was het begin van de droom die in een nachtmerrie zou eindigen.

Je moet Jan Brokken heten om na de vier pagina’s van hoofdstuk 1 al een zijpad te durven inslaan voor een beknopte geschiedenis van ‘s Lands...