Over de hoofdpersoon van Koos van Zomerens roman Het leven heeft geen geheimen schreef Tom van Deel in De troost van de vorm dat het ‘een zeurpiet, een kankeraar, een tobber, de hele wereld gaat naar de verdommenis, maar in alles ben ik het met hem eens.’ Dit is niet wat je verwacht van Tom van Deel: dat hij het met alles van een kankeraar en zeurpiet eens zou zijn. Dat paste niet bij zijn milde karakter.

Waarom dan toch geschreven? Ten eerste omdat het zeurpieten en kankeren bij Van Zomeren op een montere toon gebeurt. En met de nodige ironie. Ten tweede omdat Van Deel het hier toch echt helemaal met Van Zomerens personage eens is. Wanneer het gesprek met Van Deel op de gang van de wereld kwam was hij daar wegwerpend uitgesproken somber over. Hij zag er niet veel gat in. Hij stond er ook een beetje buiten, al wist hij er alles van, van de aanslagen, van de bankencrisis, van Trump, van bezuinigingen op de kunst – het ging hartstikke bergafwaarts. Van binnen was bij Van Deel...