Ongeveer honderd jaar geleden werd het schilderij Rokeby Venus doorkliefd met een mes door een boze suffragette. Eigenlijk maakt zo’n vernieling een kunstwerk nóg interessanter. Noem het cultureel ramptoerisme.

Een zestiger genaamd Keith liep dit weekend met een schroevendraaier de National Gallery in Londen binnen. Het kunstwerk dat eraan moest geloven was The Morning Walk van Thomas Gainsborough, een kostbaar achttiende-eeuws schilderij van een jong welvarend stelletje dat in de verte tuurt terwijl een hond naar ze opkijkt. Rats, rats! Twee krassen in de verflaag, net niet diep genoeg om het canvas te doorboren. Zonde. Maar o zo fascinerend.

Er is kunst die gemaakt wordt om op een dag weer kapot te gaan, kunst die het vanwege een religieus motief moet ontgelden en kunst die met de beste bedoelingen wordt toegetakeld, zoals de Jezus-fresco Ecce Homo, tegenwoordig beter bekend als het apenhoofd van Borja. Er is kunst die per ongeluk wordt vernield, niet zelden door een...