Literaire kroniek
Een ziel hebben is niet niks, zei de filosofe

Filosofen van ver voor onze jaartelling gaan nog dagelijks over onze lippen, zoals Plato en Aristoteles, maar onder hen zijn weinig vrouwen. Toch zijn ze er wel degelijk.


Beeld De school van Athene, Wikimedia Commons

6 minuten leestijd

Wie Rafaëls De school van Athene in het Vaticaan voor het eerst ziet en in De kamers van Rafaello krijgt uitgelegd welke filosofen daar allemaal op te zien zijn, zal het niet ontgaan dat hier de denkende klasse van de klassieke oudheid bij elkaar is, van 500 jaar voor Christus tot 500 jaar na Christus. Ze staan of zitten er ongedwongen bij, Plato, Aristoteles, Socrates, Pythagoras, Heraclitus, Parmenides, Diogenes, Euclides, Epicurus, Democritus – in totaal zijn er zo’n tweeëntwintig geïdentificeerd. Allemaal hebben iets of doen iets waardoor ze te herkennen zijn. Epicurus heeft een krans van bladeren uit zijn tuin op zijn hoofd, Diogenes ligt irritant nonchalant op de trap, Plato wijst naar boven, naar het spirituele, en Aristoteles naar beneden, naar het aardse van de aarde. Socrates telt iets met zijn vingers en Heraclitus peinst nog of het worden of zijn zal zijn. Links van het midden, tussen Pythagoras en Parmenides die allebei verdiept zijn in een boek, staat de enige vrouw, Hypatia (ca. 350-415 n. Chr.) uit Alexandrië.

Cultuur
Gerelateerd