De een leidde Obama’s campagnes, de ander schreef zijn speeches. Mitch Stewart en Jon Favreau over verkiezingen in de 21ste eeuw, Obama’s beloftes en wat ze benijden aan de Republikeinen: ‘Hun geld.’

Op 10 september sprak president Barack Obama zijn land toe. Na het vertrouwde ‘My fellow Americans’ legde hij uit waar hij het over wilde hebben: de manier waarop de Verenigde Staten ‘en onze vrienden’ het oprukkende IS willen bestrijden ‘en uiteindelijk vernietigen’.

Het is de eigenschap waar zelfs zijn felste critici niet op kunnen afdingen: Obama’s vermogen tot het verwoorden van zijn opvattingen. Of het nu zijn speeches waren tijdens zijn eerste campagne, die voor zijn herverkiezing, die tijdens zijn aanvaarding van de Nobelprijs voor de Vrede of die om een eind te maken aan de onrust over een omstreden ex-predikant van zijn kerk: Obama is de man van het woord. Tenminste één man zat 10 september voor de televisie en wist bij elke zin van Obama wat de...