Twee zomers geleden was het, en ik wilde naar de middernachtzon. Met de nachttrein reisde ik van Stockholm naar Narvik, een plaats net over de grens met Noorwegen, en vanaf daar per bus langs zwembadblauwe fjorden, door ondoordringbare coniferenbossen, over de boomloze toendra, en richting de Barentszee – het gevoelsmatige einde van de wereld. Ik ging er naar een festival gelegen langs de rivier de Manndalselva, een aftakking van de Kåfjord. ‘Natuurporno,’ was hoe vrienden die er eerder waren geweest het gebied hadden gekwalificeerd.
Achtergrond
Zoekt de toerist met de opwarming van de aarde steeds koelere gebieden op?

Het nieuwe vakantievieren verschuift van richting de hitte, naar ontsnappen aan die hitte. Synchroon met het klimaat verplaatst ons reisgedrag, zo luidt de voorspelling. Maar is dat zo? Trekken we over dertig jaar massaal naar Noorwegen?