Een tijd geleden gaf ik een lezing op een scholengemeenschap in het oosten van het land. In een felverlichte zaal vol docenten en bestuurders sprak ik over hoe ik was opgegroeid in armoede en over mijn ervaring met kansenongelijkheid in het onderwijs. Toen de vragenronde begon, schoot de hand van een wat oudere man direct omhoog. ‘Ik heb niet per se een vraag,’ zei hij, ‘maar ik vind het wel lastig. Ik snap best dat je de armoede en ongelijkheid aankaart, maar uiteindelijk is het toch ook aan jezelf om er het beste van te maken? Je kunt hier gewoon naar school en met een beetje goede wil staat er elke dag ook een goede maaltijd op tafel.’
Essay