De schrijver is fan van filmkomiek Jaques Tati, blijkt uit zijn nawoord. Het ‘Tati-syndroom’ heeft hij verzonnen voor iemand die ten onder gaat aan een te grote onderneming. Bij Tati gebeurde dat écht toen hij voor Playtime een halve stad liet nabouwen, het megalomane Tativille. In het boek leiden filmopnames daar in 1966 tot een serie moorden nu, die een Franse presidentskandidaat in...