In de stampvolle Club Panama in Amsterdam ging in maart 2018 luid gejuich op toen de exitpolls van de gemeenteraadsverkiezingen op het grote scherm verschenen. GroenLinks was in één klap de grootste partij geworden in steden als Amsterdam, Utrecht, Haarlem, Nijmegen, Arnhem en Wageningen. Het totale zeteltal was verdubbeld. Even later betrad partijleider Jesse Klaver onder daverende muziek het podium, in spijkerbroek en onafscheidelijk wit overhemd met opgerolde mouwen. Trots sprak hij over ‘een historische zege’ en ‘een belangrijke stap op weg naar de brede volkspartij die we willen worden’. Op televisie werd GroenLinks tot de grote winnaar van de verkiezingen uitgeroepen.

‘Eigenlijk was dat de mooiste overwinning tot nu toe,’ zegt Jesse Klaver eind mei 2019 op zijn werkkamer in Den Haag. ‘Duizenden vrijwilligers waren voor GroenLinks het land in gegaan, met dit resultaat. Toen voelde ik pas echt: wij gaan Nederland veranderen.’

Hoe anders stond de partij ervoor in september 2012, toen GroenLinks bij de Tweede Kamerverkiezingen implodeerde. Even zag het er zelfs naar uit dat Jesse Klaver, Kamerlid sinds 2010 en vierde op de kandidatenlijst, uit het parlement zou verdwijnen. Pas de volgende ochtend bleek dat de partij toch nog vier zetels had weten te redden. Onder fractievoorzitter Jolande Sap waren de fractie en de partij in de voorgaande jaren diep verdeeld geraakt over de steun aan een politietrainingsmissie in de Afghaanse provincie Kunduz, die door Sap was doorgeduwd. Sindsdien bleef het rommelen in de fractie.

Zeven jaar later is GroenLinks de snelst groeiende progressieve partij, met ruim dertigduizend leden. De meetups van Jesse Klaver trekken volle zalen.

Tot overmaat van ramp wierp fractiegenoot Tofik Dibi zich aan de vooravond van de verkiezingen van 2012 op als tegenkandidaat voor het lijsttrekkerschap, ondanks openlijke weerstand van het partijbestuur, dat hem totaal ongeschikt vond. Sap won de interne verkiezing met ruim 80 procent, maar de campagne werd een hopeloze exercitie, waarna de chaos bij GroenLinks door de kiezer genadeloos werd afgestraft: van tien naar vier zetels. In de weken erna vertrok Sap uit de Kamer, en opperden prominente GroenLinksers als Ineke van Gent en Joost Lagendijk dat het misschien maar beter zou zijn de partij op te heffen, of desnoods te laten fuseren met de PvdA.

Zeven jaar later is GroenLinks de snelst groeiende progressieve partij, met ruim dertigduizend leden. De meetups van Jesse Klaver trekken volle zalen. De partij bezet veertien zetels in de Tweede Kamer en is de grootste in een reeks grote steden. Voor de verkiezingscampagnes voor de Provinciale Staten en het Europees parlement gingen vele duizenden vrijwilligers de straat op. En er is uitzicht op regeringsmacht.

Hoe kreeg Jesse Klaver, partijleider sinds mei 2015, dit succes voor elkaar? Vrij Nederland volgde hem maandenlang en sprak met tal van betrokkenen om in kaart te brengen hoe hij GroenLinks omsmeedde van een clubje goedbedoelende amateurs tot een geoliede campagnemachine – en welke prijs daarvoor wordt betaald.

Hoe ging politiek redacteur Thijs Broer voor dit verhaal te werk? We vragen het hem in de VN-podcast ‘In gesprek met’. Samen met Jasper Veenstra reconstrueert hij zijn reconstructie van de marketingmachine van ‘Team Jesse’.

jesse klaver

Zijn held John F. Kennedy

Een veelzeggend voorval in de prille politieke carrière van Jesse Klaver vond plaats in het najaar van 2007, toen hij als voorzitter van Dwars, de jongerenorganisatie van GroenLinks, werd gebeld door het televisieprogramma Bureau Ambitie: of hij nog goede kandidaten wist die voor de camera op hun ambities en kwaliteiten wilden worden getest. Al spoedig belde hij terug met een lijstje namen – inclusief die van hemzelf. Hij werd nog uitgekozen ook, tot irritatie van sommige andere kandidaten, die zich gepasseerd voelden. In het programma vertelde Klaver – toen nog met golvend haar tot de schouders – onbekommerd over zijn grote ambitie: politiek leider van GroenLinks worden. ‘Toen dachten veel mensen nog: hij is gek,’ zegt Klaver achteraf.

Hij liep stage bij de fractie van GroenLinks, werd voorzitter van CNV Jongeren en kwam in 2010 op de lijst van de Tweede Kamer, op voorspraak van Femke Halsema, die een uitzonderlijk talent in hem zag. In september van dat jaar, op zijn vierentwintigste, werd hij Kamerlid. Toen al viel hij op door zijn tomeloze ambitie. ‘Die jongen moet je in de gaten houden,’ vertrouwde Halsema journalisten in de wandelgangen toe.

Tijdens zijn eerste jaar in de Kamer werkte Klaver in stilte al aan de eerste hoofdstukken van een boek over zichzelf en zijn politieke idealen, dat jaren later zou verschijnen toen hij de sprong naar de macht had gemaakt: hoe hij in Brabant was opgevoed door zijn alleenstaande moeder, hoe hij naar het vmbo en later naar het hbo was gegaan, hoe hij politiek actief was geworden door zijn grootvader, oud-fabrieksarbeider en milieuactivist. Werktitel: Hollandse vergezichten. Dat alles naar het voorbeeld van Dreams from My Father van Barack Obama en vooral Profiles in Courage van zijn held John F. Kennedy, van wie hij als jong Kamerlid een groot portret in zijn werkkamer had hangen.

Lees ookHoe Femke Halsema verbindend werd. 'Zodra ik mijn keten omhang verdwijnt de afstand'23 april 2019

In het uiteindelijke boek, dat kort na zijn verkiezing tot fractievoorzitter in 2015 onder de titel De mythe van het economisme ter perse ging, bond hij de strijd aan tegen de ongelijkheid en het marktdenken, maar die ideologische wending had hij toen nog niet gemaakt: vooralsnog stond Klaver bekend als links-liberaal, in de sfeer van zijn politieke godmother Femke Halsema. Op haar advies zette hij zijn tanden in ingewikkelde dossiers als de arbeidsmarkt en het passend onderwijs, om het parlementaire handwerk zo snel mogelijk onder de knie te krijgen.

Na het aantreden van Jolande Sap in december 2010 hield hij zich zorgvuldig buiten het conflict in de fractie over de politietrainingsmissie naar Kunduz: partij kiezen zou zijn kansen op het fractievoorzitterschap alleen maar verkleinen.

Gedenkwaardige momenten

Eind 2011 werd Jesse Klaver gevraagd als campagneleider voor de komende verkiezingen: een belangrijke strategische opstap voor ambitieuze Kamerleden. Hij zei al ‘ja’ voordat hij het met zijn vrouw Jolein had overlegd. Het leverde twee gedenkwaardige momenten op: het mislukte voorstel van Klaver om de horeca te verplichten om milieuvriendelijk ‘gratis kraanwater’ te serveren, en een wat overambitieus optreden als campagneleider bij het eerste debat tussen lijsttrekkerskandidaten Jolande Sap en Tofik Dibi. Toen Klaver de twee opponenten kort moest introduceren, sprong hij soepel op het podium, gekleed in het witte overhemd met opgerolde mouwen dat later zijn handelsmerk zou worden, en hield hij een uitgebreid en vurig campagneverhaal – alsof niet Dibi en Sap aspirant lijsttrekker waren, maar hijzelf.

Parlementair journalisten achterin de zaal stootten elkaar aan: wat gebeurt hier? Zelf zegt Klaver nu: ‘De partij lag op z’n gat, ik wilde de energie terugbrengen. Ik moest nog leren om op zulke momenten aan de handrem te trekken.’ Maar in politiek Den Haag was de indruk van Jesse Klaver als coming man gevestigd.

Eind 2011 werd Jesse Klaver gevraagd als campagneleider voor de komende verkiezingen. Hij zei al ‘ja’ voordat hij het met zijn vrouw Jolein had overlegd.

Toen Vrij Nederland na de desastreuze verkiezingsuitslag van september 2012 met Klaver kwam praten over de wankelende positie van Sap, hield hij zich zorgvuldig en met een minzaam glimlachje op de vlakte.

Na het vertrek van Sap werd oudgediende Bram van Ojik tot fractievoorzitter gekozen. De voormalige diplomaat, een van de oprichters van GroenLinks, moest als tussenpaus de rust terugbrengen. Avond aan avond trok hij het land in om met opstandige, boze en teleurgestelde afdelingen te praten.

In januari 2013 verscheen het rapport van een partijcommissie onder leiding van oud-CPN’er en oud-Europarlementariër Nel van Dijk, die de oorzaken van de rampzalige nederlaag in 2012 had onderzocht. Het rapport, Terug naar de toekomst, velde een vernietigend oordeel over de verdeeldheid en het amateurisme in de partij.

De belangrijkste aanbevelingen: er moest een nieuw bestuur met ‘slagkracht en doorzettingsmacht’ worden aangesteld als tegenwicht tegen de fractie, de ‘strategische aansturing’ moest op orde worden gebracht, de partij moest worden omgevormd tot ‘open debatpartij’ en investeren in ‘professioneel politiek wervingsbeleid’. Aan de haperende campagne werd bijna geen woord vuil gemaakt: ook met een feilloze campagne was deze strijd niet meer te winnen geweest. De campagneleider – Jesse Klaver dus – bleef geheel buiten schot, zodat de nederlaag niet aan hem bleef kleven.

Bram van Ojik bracht een aantal aanbevelingen uit het rapport meteen in de praktijk, na de treurige taak meer dan de helft van de medewerkers van de gedecimeerde fractie te ontslaan. Voor de gewenste ‘debatcultuur’ organiseerde hij discussiebijeenkomsten over de inhoudelijke koers, de ‘strategische aansturing’ werd versterkt door intensiever overleg tussen fractie en partijbestuur en de aanstelling van oud-Kamerlid Wijnand Duyvendak als permanent campagneleider. En er werden ‘talentklasjes’ ingesteld voor het rekruteren en opleiden van politieke high potentials.

In de aanloop naar de verkiezingen van 2012 had het campagneteam bestaan uit een soort Poolse landdag waarin ieder zijn zegje mocht doen over zaken als de kleur van de posters. In plaats daarvan stelde Van Ojik – ook vanwege geldgebrek – een klein team aan dat onder leiding van Wijnand Duyvendak intensiever dan de partij ooit had gedaan met kiezersonderzoek aan de slag ging. En Van Ojik kondigde aan dat de lijsttrekker voor de volgende verkiezingen door de leden zou worden gekozen via een referendum. ‘Als er íémand de credits verdient voor de wederopstanding van GroenLinks, is het Bram,’ zegt Klaver. ‘Zonder hem waren we nooit zo ver gekomen.’

jesse klaver

Publicitaire klapper

In de fractie richtte Klaver zich onder Van Ojik op Europa en Financiën: wie partijleider wil worden, moet ook greep krijgen op financiële kwesties en de Europese politiek. ‘Daardoor kon ik in de Kamer ook gaan debatteren met Alexander Pechtold en Mark Rutte. Dat was toch een andere league.’

Door zijn financiële portefeuille raakte Klaver naar eigen zeggen ook doordrongen van de noodzaak de groeiende maatschappelijke tweedeling aan de kaak te stellen en de strijd aan te binden met de marktwerking in de zorg en het onderwijs: nieuwe bouwstenen voor zijn boek in wording. In mei 2014 haalde Klaver het nieuws met zijn plan Thomas Piketty, auteur van de wereldwijde bestseller Kapitaal in de 21ste eeuw over de groeiende ongelijkheid, naar de Tweede Kamer te halen.

 De campagneleider – Jesse Klaver dus – bleef geheel buiten schot, zodat de nederlaag niet aan hem bleef kleven.

Alleen de aankondiging was al genoeg voor een optreden van Klaver in De Wereld Draait Door – ruim een miljoen kijkers. De boodschap was duidelijk: hier was geen links-liberaal grachtengordeltype aan het woord, maar een betrokken Kamerlid dat zich bekommerde om de mensen aan de onderkant van de samenleving. De SP en de PvdA hadden het nakijken toen een trotse Klaver de Franse econoom in november van dat jaar feestelijk ontving in het Kamergebouw en met hem ging lunchen bij de GroenLinks-fractie.

Onderonsjes

In het voorjaar van 2014 liet Klaver ook zien dat hij tot wheeling and dealing met de regeringspartijen bereid was. Met VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg bedacht hij tijdens verschillende onderonsjes een compromis om de basisbeurs voor studenten te vervangen door een leenstelsel, een oud plan van de PvdA waar minister Jet Bussemaker al maanden tevergeefs mee bezig was.

Ondanks zware tegenstand van critici in Klavers eigen partij, die het een gotspe vonden dat een progressieve partij als GroenLinks studenten in de schulden bracht, werd het voorstel door het partijcongres nipt gesteund en uiteindelijk door beide Kamers aangenomen. Uitgerekend dit omstreden leenstelsel zou hem vijf jaar later in zware problemen brengen.

Begin 2015 kreeg Klaver in vertrouwen van Bram van Ojik te horen dat hij in mei het stokje aan hem wilde overdragen. Koortsachtig werkte Klaver die maanden aan de voltooiing van zijn boek over het ‘economisme’ en aan zijn eerste zetten als partijleider: zijn eerste grote speech en de samenstelling van zijn team. In mei werd Klaver tijdens een persconferentie feestelijk op het schild gehesen, zonder referendum, omdat zich geen tegenkandidaten hadden gemeld. ‘Dat was maar goed ook,’ zegt Van Ojik achteraf, ‘want ik vond Jesse een uitstekende kandidaat.’

De hele partij moest in beweging komen voor het grote, uiteindelijke doel: Nederland veranderen, met GroenLinks als grootste partij en Klaver als premier.

Sindsdien werden vrijwel alle belangrijke beslissingen van Klaver voorbereid in een klein gezelschap van vertrouwelingen dat als ‘Team Jesse’ bekend kwam te staan: zijn woordvoerder Diederik ten Cate, boezemvriend sinds zijn jaren bij Dwars, campagneleider Wijnand Duyvendak, Margreet Pander, al vijf jaar zijn trouwe secretaresse, speechschrijver en politiek strateeg Bart Snels, voormalig rechterhand van Femke Halsema, en tenslotte politiek coördinator Christel Kohlmann, ooit zijn stagebegeleider bij de fractie, die door Klaver naar het voorbeeld van het Witte Huis altijd ‘chef staf’ wordt genoemd.

Intussen haalde Klaver ook de banden met het partijbureau aan door intensief contact met Marjolein Meijer, de nieuwe partijvoorzitter die op hetzelfde congres als hij was gekozen, om te vermijden dat de fractie en het partijapparaat uiteen zouden drijven, zoals onder Sap was gebeurd. De hele partij moest in beweging komen voor het grote, uiteindelijke doel: Nederland veranderen, met GroenLinks als grootste partij en Klaver als premier.

Online media manager

Een mijlpaal voor Team Jesse was de eerste ‘meetup’ in Theater Kikker in Utrecht in mei 2015. De bijeenkomst, opgezet als town hall meeting waar de politiek leider spontaan in gesprek zou gaan met het publiek, was eigenlijk bedoeld als kennismaking van Jesse met de leden, maar werd zo’n succes dat Klaver en zijn team besloten er een serie van te maken. Door de meetups kon Klaver een groot en jong publiek bereiken, ook van potentiële kiezers buiten de partij. Bijkomend voordeel: wie zich inschreef voor een van de meetups kon later worden verleid met persoonlijke berichten via e-mail en WhatsApp. Of, in de woorden van een van de campaigners: ‘Zo konden we mensen langzaam de partij binnentrekken.’ Voorlopig hoogtepunt van de serie was de grote meetup in Afas Live in aanloop naar de verkiezingen van maart 2017, waar zesduizend overwegend jonge mensen van binnen en buiten de partij het fenomeen Jesse Klaver wilden meemaken: de ‘Jessias’ was geboren.

Op de achtergrond werd intussen onder leiding van Klaver vlijtig gewerkt aan het opzetten van een grass roots campaign naar Amerikaans voorbeeld, waarin niet alleen de meetups een belangrijke rol vervulden, maar ook een consistente online-strategie die GroenLinks voordien nooit had gehad. Een uitdijend groepje jonge online-experts, aanvankelijk onder leiding van Sybren Kooistra, later van Eva van Rijnberk en Leon Boelens (beiden afkomstig van campagnebureau BKB, ooit opgericht door PvdA-campaigners Erik van Bruggen en Lennart Booij), zorgde voor een stroom van berichten en filmpjes via Twitter en e-mail maar vooral via Facebook en Instagram. De boodschappen werden opgesteld volgens een vast stramien dat door de partijstrategen werd uitgedacht en bewaakt: potentiële kiezers moesten persoonlijk worden aangesproken met een positief, kort bericht, gevolgd door een call to action: wat kan jij zelf doen?

Via dezelfde sociale media werd een legertje vrijwilligers geronseld die als ‘apptivisten’ de campagneboodschappen van de partij met een persoonlijke noot verspreidden via WhatsApp en Instagram. En elke lokale afdeling, van De Fryske Marren tot Sittard-Geleen, kreeg een door het landelijk bureau opgeleide ‘online media manager’, strak geregisseerd vanuit het campagneteam.

jesse klaver

GLapp

Ook het campagnevoeren op straat ging op de schop. Het gebruikelijke flyeren op een tochtige hoek in een winkelstraat – meestal een tamelijk troosteloze bezigheid – werd vervangen door huis-aan-huisbezoeken door actieve partijleden en nieuwe vrijwilligers, die instructie kregen met de potentiële kiezers in gesprek te gaan over hun vragen en zorgen en de geanonimiseerde bevindingen in een grote database op te slaan via een speciaal ontwikkelde app – de GLapp. Zo vergaarden de partijstrategen een schat aan informatie over de kiezers, per wijk en zelfs per straat.

Klaver zelf ging niet meer met een stapeltje flyers de straat op, zoals andere lijsttrekkers, maar begaf zich alleen nog naar plaatsen als Haarlem of Alkmaar om de groeiende schare vrijwilligers te motiveren met een korte peptalk, waarna zij de wijken introkken: een veel efficiëntere investering. Tijdens de campagne van 2017 merkten zijn campagnemedewerkers bovendien dat het überhaupt weinig zin had met Klaver de straat op te gaan. Door zijn meetups en talloze tv-optredens was de Jessias inmiddels zo bekend geworden dat hij in de gemiddelde winkelstraat geen honderd meter ver kwam omdat hij prompt werd omstuwd door mensen die een selfie met hem wilden maken.

Ook werd onder Jesse Klaver veel intensiever dan voorheen gebruik gemaakt van kiezersonderzoek met focusgroepen. Regelmatig werden zorgvuldig samengestelde groepjes kiezers bevraagd over hun politieke opvattingen, ook die over GroenLinks, terwijl de campagnestrategen achter glas toekeken, notitieblok bij de hand. Daaruit bleek al snel dat de belangrijkste doelgroep – de zwevende kiezers op links – zich best konden vinden in de groene en sociale ideeën van de partij, maar twijfelden aan de bereidheid van GroenLinks om verantwoordelijkheid te nemen en het vermogen om leiderschap te tonen: daarvan zou hun mogelijke steun bij de verkiezingen afhangen.

‘Nederland heeft een premier nodig die vasthoudt aan zijn idealen, en die premier wil ik graag worden.’

Toen de focusgroepen tijdens de campagne voor de Kamerverkiezingen in 2017 geen premier bleken te zien in de jonge leider van een partij met vier zetels, vatte Klaver de koe bij de hoorns en verklaarde hij tijdens een meetup in Nijmegen: ‘Nederland heeft een premier nodig die vasthoudt aan zijn idealen, en die premier wil ik graag worden.’

Zo kon het gebeuren dat Jesse Klaver op de uitslagenavond van de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2017 uitbundig werd toegejuicht toen de exitpolls waren binnengekomen: veertien zetels voor GroenLinks, de hoogste score in de geschiedenis van de partij. De winst had ongetwijfeld ook te maken met de dramatische neergang van de PvdA, die zwaar werd gestraft voor deelname aan het tweede kabinet-Rutte. Maar achteraf kon Simon Otjes, kiezersonderzoeker op het landelijk bureau, met zijn database prachtig laten zien dat ook de bekendheid van Jesse Klaver en de gekozen grass roots-strategie een enorme rol hadden gespeeld: in de wijken waar GroenLinks-vrijwilligers huis-aan-huis waren gegaan, was aanzienlijk meer op de partij gestemd.

Brede volkspartij

Voor GroenLinks leek het moment gekomen om eindelijk te gaan meeregeren, maar na eindeloze formatiegesprekken met de leiders van VVD, CDA en D66 haakte Klaver af. Struikelblok was een geschil over het migratiebeleid, waarmee volgens Klaver een ‘morele ondergrens’ was bereikt. Daarvoor al had hij het gevoel dat hij alleen stond in de onderhandelingen, en dat vooral het CDA zijn partij wilde inwisselen voor de ChristenUnie, maar zijn gesprekspartners hielden vol dat Klaver uiteindelijk geen regeringsverantwoordelijkheid had aangedurfd.

In de weken daarna richtten Klaver en zijn team hun ogen alweer op de volgende verkiezingen: die voor de gemeenteraad in maart 2018. Op de uitslagenavond, die groots werd gevierd in Club Panama, werd nog beter dan bij de Kamerverkiezingen zichtbaar hoe effectief de nieuwe manier van campagnevoeren was. Zelfs in Zeist, vanouds een VVD-bolwerk, werd GroenLinks bíjna de grootste partij nadat lokale vrijwilligers onvermoeibaar met de GLapp langs de deuren waren gegaan.

Maar de winst van GroenLinks concentreerde zich vooral in de studentensteden. De ambitie werd nu om een breder electoraat te bereiken. In een reeks speeches kondigde Jesse Klaver aan dat GroenLinks een ‘brede volkspartij’ moest worden, waar ook de buschauffeur en de fabrieksarbeider zich thuis zouden voelen. GroenLinks diende zich te ontwikkelen tot een partij die ‘in het midden van de samenleving staat’ en mensen zou ‘verbinden’.

Klaver maakte er geen geheim van: GroenLinks moest de traditionele rol van de PvdA overnemen. Tijdens strategisch overleg stribbelde kiezersonderzoeker Simon Otjes tegen: hij wees erop dat de campagne beter gericht kon worden op het gebruikelijke ‘laaghangend fruit’ van teleurgestelde PvdA- en D66-kiezers, maar Klaver hield voet bij stuk: als premier zou hij ook de premier zijn van de fabrieksarbeider en de buschauffeur.

jesse klaver

Kantinetour

In het voorjaar van 2018 werd op initiatief van Klaver de ‘Kantinetour’ op touw gezet, waarbij de partijleider zelf in gesprek zou gaan met mensen op de werkvloer in het hele land. Zo moest GroenLinks zich bevrijden van haar elitaire imago en meer gevoel ontwikkelen voor wat er leefde onder het bredere electoraat. Tijdens de slotmanifestatie in september sprak Klaver gloedvolle woorden: ‘Jullie verhaal is ons verhaal. Jullie strijd is onze strijd!’ En na een bezoek aan de fabrieksarbeiders van Tata Steel in het voorjaar vertelde Klaver precies hetzelfde verhaal als PvdA-leider Diederik Samsom jaren eerder: dat je met al je ambities voor het klimaat ook begrip moet hebben voor de zorgen van de gewone man.

In de aanloop naar de verkiezingen voor de Provinciale Staten en het Europees Parlement in het voorjaar van 2019 draaide de campagnemachine op volle toeren, met een leger apptivisten en huis-aan-huisbezoeken in het hele land. Team Jesse bewaakte elk detail.

Toen Klaver op de ochtend van 10 maart in een mensenmenigte op de Dam klaarstond om mee te lopen met de Klimaatmars en iemand een paraplu boven zijn hoofd hield, gebaarde een van zijn campagnemensen meteen dat de paraplu weg moest: Jesse moest nat worden zoals alle anderen, dat was beter voor het beeld. Aan het eind van de mars ging precies het goede filmpje rond over de sociale media: een doornat geregende, stralende Klaver.

Toen Vrij Nederland niet lang daarna aan Klaver-vertrouweling Bram van Ojik vroeg of de permanente campagne niet iets te gelikt aan het worden was, zei hij opgewekt: ‘Gelikt is prima, want dat is professioneel!’

Aarzelend gejuich

Maar de uitslagen bij de Statenverkiezingen in maart, die GroenLinks een onontkoombare positie in de Eerste Kamer hadden moeten brengen, bleven achter bij de verwachtingen. GroenLinks wist het zeteltal weliswaar te verdubbelen tot acht zetels in de senaat, maar Forum voor Democratie werd vanuit het niets nog groter. En de PvdA wist met zes zetels redelijk overeind te blijven, zodat GroenLinks niet als enige partij in staat was het kabinet in de Eerste Kamer aan een meerderheid te helpen om zo een stevige basis te leggen voor de volgende kabinetsformatie.

Bij de Europese verkiezingen in mei groeide GroenLinks opnieuw, ook ten opzichte van de Statenverkiezingen, maar op het laatste moment kwam Spitzenkandidat Frans Timmermans over de vluchtstrook voorbij. Uitgerekend de PvdA, de partij die Klaver definitief van de troon had willen stoten, werd veruit de grootste. Op de uitslagenavond van GroenLinks in het Nutshuis in Den Haag gaf Klaver de tegenvaller een slimme wending, die hij tevoren al met zijn team als een van de scenario’s had doorgesproken: ‘Samen met de PvdA zijn wij groter dan de VVD en Forum!’ verklaarde hij op het podium. In de zaal klonk aarzelend gejuich.
De zegetocht van Klaver bleek, kortom, iets minder soepel te gaan dan verwacht.

Lees ookRutger Groot Wassink: 'Ontzettend links? Dan zeg ik: wat is het discours réchts geworden'24 november 2018

Binnen GroenLinks werd de door Klaver zelfbenoemde ambitie om een ‘brede volkspartij’ te worden die groepen in de samenleving moet ‘verbinden’, ook niet door iedereen gedeeld. Een van de critici is Rutger Groot Wassink, voormalig fractiemedewerker onder Sap en Van Ojik en huidig leider en wethouder van GroenLinks in Amsterdam, waar de partij in 2018 de grootste werd. De tegendraadse politicus, die graag het nummer ‘Fight the power’ van Public Enemy draait en vanwege zijn uiterlijk en stevige linkse opvattingen bekend staat als ‘Lenin aan de Amstel’, was in 2014 al fel gekant tegen de deal die Jesse Klaver sloot over het leenstelsel voor studenten. En afgelopen jaar trotseerde Groot Wassink de partijtop in Den Haag, toen hij onder druk werd gezet niet deel te nemen aan een anti-racisme-demonstratie omdat het manifest van de organisatoren gericht was tegen de PVV en Forum voor Democratie.

‘Samen met de PvdA zijn wij groter dan de VVD en Forum!’ verklaarde hij op het podium. In de zaal klonk aarzelend gejuich.

De suggestie dat die partijen niet zouden mogen meedoen aan de verkiezingen zou niet goed zijn voor het beeld. Groot Wassink trok zich er weinig van aan. Hij tekende het manifest niet, maar liep gewoon mee. ‘De professionalisering van de partij die door Jesse is ingezet, was hoognodig,’ verklaart hij tegenover Vrij Nederland. ‘Dat heeft hij knap gedaan. Maar de partij is meer dan een campagnemachine. Het is in de eerste plaats een vereniging, gedragen door afdelingen en leden. Die kritiek hoor ik ook in het land. Er is nauwelijks debat meer in de partij, niet over inhoudelijke standpunten en ook niet over de koers. Bijvoorbeeld het plannetje om van GroenLinks een “brede volkspartij” te maken: wat betekent dat? Moet je dan als politieke partij zeggen wat mensen willen horen, of blijf je bij je kern en blijf je uitdragen wat je zelf vindt? Ik geloof niet in een brede volkspartij. GroenLinks moet een voorhoedepartij zijn. Wees niet bang voor electorale risico’s. Je zit in de Kamer in de fucking oppositie. Speel buiten, maak plezier!’

Felle confrontatie

Dat ‘buiten spelen’ en ‘plezier maken’ door Jesse Klaver en zijn team niet bijzonder op prijs worden gesteld, althans: niet zonder afstemming – bleek in mei van dit jaar toen GroenLinks-Kamerlid Zihni Özdil in een interview in Trouw afstand nam van het leenstelsel, dat vijf jaar eerder mede door Jesse Klaver mogelijk was gemaakt. De fractie was zich al aan het beraden op alternatieven voor het zwaar omstreden ‘studievoorschot’, maar Özdil koos de vlucht naar voren. Zonder overleg vooraf met de fractie sprak hij over een ‘verrot systeem’.

Even leek de dreigende tweespalt gesust toen Klaver zich in een mail aan de leden óók uitsprak tegen het stelsel. ‘Soms moet je de pleister er in één keer aftrekken,’ zei hij tegen Vrij Nederland. Maar een gesprek onder vier ogen tussen het rebelse Kamerlid en de fractieleider draaide uit op een confrontatie. Klaver eiste dat Özdil het fractiestandpunt over het leenstelsel in de Kamer zou verdedigen, wat dat in de toekomst ook zou worden. Özdil weigerde, voelde zich geïntimideerd en probeerde het gesprek stiekem op te nemen met zijn mobiele telefoon.

Naar eigen zeggen vertelde hij wat er was gebeurd later aan fractiegenote Corinne Ellemeet, die hij vertrouwde omdat ze hem afgelopen jaar had begeleid tijdens een burn-out. Zij briefde de opnamepoging door aan Klaver, waarna de fractie een ‘onherstelbare vertrouwensbreuk’ constateerde en Özdil zijn Kamerzetel opgaf.

In een mail aan de leden, bedoeld als poging tot transparantie, haalde Klaver onverwacht hard uit: het gevallen Kamerlid zou al langer slecht hebben gefunctioneerd, afspraken hebben geschonden en ‘ontoelaatbaar gedrag’ hebben vertoond waardoor ‘collega’s zich onveilig voelden’. Een jaar eerder had Klaver al laten zien hard te kunnen optreden toen fractielid Rik Grashoff een relatie bleek te hebben met partijvoorzitter Marjolein Meijer, waarover ze tegenover Klaver niet de hele waarheid hadden gesproken. Grashoff werd door Klaver naar de fractie geroepen – ‘Rik heeft iets op te biechten’ – en vertrok per direct uit de Kamer. Ook Meijer, die jarenlang intensief met Klaver had samengewerkt, zag zich gedwongen op te stappen.

Na de onbarmhartige mail van Klaver over Zihni Özdil hagelde het kritiek in de media op het keurslijf van de fractiediscipline bij GroenLinks en de botte wijze waarop het opstandige Kamerlid voor de bus was gegooid. Zo werd door Klavers eigen toedoen het beeld bevestigd dat sommige critici toch al hadden en dat al enige tijd rondzoemde in en rond de partij: dat Jesse Klaver heel aardig is zolang je hem niet in de weg staat, en dat GroenLinks sluipenderwijs een marketingmachine dreigt te worden in dienst van de grote leider.

Misschien is dat wel de belangrijkste prijs die GroenLinks betaalt voor het succes van Jesse Klaver met zijn strakke regie en tomeloze ambitie: op weg naar het Torentje is er weinig ruimte meer voor het lastige tegengeluid, ook als dat wel moet klinken.

Fotografie Desiré van den Berg
Styling Anna Claassen
Met dank aan Arket, Ivy Lee PR Agency, de MakeOver Factory en Strellson