Als we alle zekerweters nu eens zouden verbannen naar het lelijkste waddeneiland, dan kunnen wij naar hartenlust wikken en wegen. Verder komen we er niet mee, maar het is wel zo gezellig.

‘Ik had me voorgenomen de Keulse beker aan me voorbij te laten gaan,’ schreef Martin Sommer in de Volkskrant, om er vervolgens zijn hele column aan te wijden. Zijn aarzeling betrof niet het feit dat de nationale discussiekaravaan inmiddels verder was getrokken, met de heilige/hoerige Patricia Paay als nieuw stralend middelpunt. Nee, Sommer kon niet anders. Het was ‘niet zo ingewikkeld’, ‘evident’ eigenlijk, dat het allemaal door de islam kwam. Tocqueville, Flaubert en Renan zagen dat eeuwen geleden al haarscherp, maar de helft van Nederland wilde het nog steeds niet begrijpen. En dus had hij, licht vermoeid, de kroontjespen maar weer ter hand genomen.

Ik voelde een steek van jaloezie over zoveel geharnaste zekerheid. Hé, daar had je een artikel in The New York Times, waarin een...