Junkenbestaan

Anton ligt verscholen onder de deken. ‘Ziek.’

Vanochtend had hij moeten voorkomen, voor een winkeldiefstal. Hij had willen gaan om de rechter te zeggen dat het gelogen is wat die winkeleigenaar beweert, dat hij enorme hoeveelheden goederen heeft gestolen. Waar had hij die allemaal moeten laten dan? Hij droeg niet eens een tas bij zich. Alles zat achter zijn trui, die hij van onderen in zijn broek had gedaan.

Het wil hem nog wel eens lukken onder een straf vandaan te komen. Dan weet hij zich te presenteren als een schuchtere, beschaafde vent. Maar de spanning werd hem gisteren te veel en zijn buurman kwam juist met wat dope, en als hij eenmaal begint dan gaat hij door tot hij niet meer op zijn benen kan staan. Het gevolg is dat hij zich nu onder de dekens verschuilt. Soms zie je even twee ogen vanuit de schaduw oplichten.

Elf jaar geleden leerde ik Anton kennen in een daklozenpension in de Amsterdamse wijk Zeeburg, waar ik ging werken. Er woonden zestig mensen, een...