Didar & Faroek is het verhaal van een liefde, van het enig zuivere in een leven vol gruwelijkheden. Het is ook de gefingeerde geschiedenis van de ouders van schrijfster Sana Valiulina. Een vraaggesprek met hindernissen.

‘Je bent schrijver, geen prater,’ zegt Sana Valiulina. Ze heeft het over zichzelf. Ik weet toch al dat ze in 1964 is geboren in Tallinn, Estland, en daar deel uitmaakte van de islamitische Tataarse minderheid? Dat ze in Moskou studeerde, sinds 1989 in Nederland woont en in het Nederlands schrijft? Haar werk, de autobiografische roman Het kruis, de novellebundel Vanuit nergens met liefde en haar pièce de résistance, de grootse anti-sovjetroman Didar & Faroek, kan toch voor haar spreken? ‘Schrijven doet iets totaal anders met je geest, met je taal, dan praten,’ meent ze. En áls ik zo nodig met haar wil praten, waarom stuur ik dan niet een lijst met vragen op? Die zou ze schriftelijk zorgvuldig beantwoorden – zijn we dan niet allebei ongelooflijk...