Schrijver, leugenaar en geheim agent John le Carré licht in ‘De duiventunnel. Verhalen uit mijn leven’ eindelijk de sluiers over zijn bestaan op.

Vrijwel alle boeken van de Britse spionageschrijver John le Carré (1931, pseudoniem van David Cornwell) hadden dezelfde werktitel: The Pigeon Tunnel. Die titel staat voor een oerbeeld in zijn bestaan, dat als motor fungeerde in zijn oeuvre. Uiteraard is zijn niet-deugende vader – de slagschaduw over Le Carrés leven – betrokken bij de gebeurtenis die tot die gedurig vruchtbare werktitel leidde. Zijn moeder was al veel eerder verdwenen; midden in de nacht het huis uitgeslopen om elders – ver weg van Ronnie en alles wat haar aan hem herinnerde, dus ook hun twee zonen – een nieuw leven te beginnen. Pas toen David meerderjarig was, hervond hij deze vrouw – hertrouwd, met een nieuw gezin – die altijd een mysterie voor hem zou blijven. David was in zijn jeugd overgeleverd aan zijn onbetrouwbare vader. Dankzij de goede scholen...