Feuilleton

Denk je eerst dat je nooit meer in slaap gaat vallen, schiet je het volgende moment verward overeind uit je toch-nog-in-slaap-gevallen-slaap wanneer ’s morgens vroeg de wekkerradio aanfloept.

‘I got you babe.’

Groundhog Day, denkt Betty. Was het maar Groundhog Day. Dan zou ze de vorige dag eindeloos kunnen overdoen. Net als Bill Murray in die film waarin hij telkens wakker blijft worden op dezelfde dag totdat hij Het Goede doet en die enge Andie MacDowell mag zoenen.

Groundhog Day. Ze zou het wel weten.

Ze zou.

Ze zou niet.

Ze zou Jonas’ aanbod voor een glas whisky en een gesprek afslaan. Of in elk geval niet van die whisky drinken. Of in elk geval zijn hand van haar knie slaan. Of zich in elk geval niet laten zoenen (ze zou niet denken: nu laat ik me zoenen, waarom niet – ze zou weten waarom niet). Of in elk geval zich niet mee de grote tent in de tuin in laten trekken (niet denken: nu laat ik me de tent in trekken, waarom niet). Of zich in elk geval...