Net een maand woont Wout van Vessem met zijn vrouw en twee kinderen in een volledig verbouwde boerderij in Lemmer op het Friese platteland. Het gazon is net ingezaaid, op het terras staat een gloednieuwe tuinset. Van Vessem is een man in bonis. Samen met zijn compagnon René de Jong ontdekte hij een gat in de markt: zonnebankcentra met een chique inrichting en de duurste solaria. ‘We hebben de zonnebank uit de sfeer van de gouden kettingen en de plastic palmbomen gehaald,’ zegt Van Vessem aan de lange boerentafel in de keuken. ‘Ook al zal de economie ooit minder goed gaan, onze klanten zullen blijven komen. Het zijn yuppen en tweeverdieners die er goed uit willen zien. Mensen zijn op zoek naar zelfvertrouwen en dat geven wij ze.’ Aan de voorname Amsterdamse Beethovenstraat ontvangt Van Vessem zakenmensen en de jetset. ‘Zelfs prins Maurits is klant bij ons.’

Trots laat Van Vessem zijn droomhuis zien, dat hij kocht als bouwval. Alles is op zijn kop gezet. Het pronkstuk van de woning...