Stephan Sanders reageert op het interview met Zihni Özdil, eerder in Vrij Nederland, waarin hij pleit voor nuance. ‘Ik word direct narrig als het over ‘witten’ en ‘zwarten’ gaat.’

Een reactie op het interview met Zihni Özdil. ‘Ik word direct narrig als het over ‘witten’ en ‘zwarten’ gaat.’

Vorige week werd hij door dit blad geïnterviewd (Vrij Nederland, 7 juni 2014), Zihni Özdil, de promovendus en antiracistische meningenman die al een tijdje van zich laat horen. Hij zei één ding waar ik blij van werd: ‘Als jij als derde of vierde generatie Turkse Nederlander al vindt dat je geen Nederlander bent, hoe kun je dan verwachten dat de kaaskoppen het inzien?’ Özdil roept ‘de allochtonen’ op hun burgerschap in Nederland op te eisen, en ik denk: dat zou eens tijd worden ook. Wat me wel opvalt bij het overtikken van dit citaat: die ‘kaaskoppen’ als synoniem voor Nederlanders. Alsof ik alle Turken steevast ‘rakizuipers’ zou noemen, of...