Deze zomer ontdekte Vera de Lange dat haar moeder in 1980 een advertentie plaatste, op zoek naar een donorvader. ‘Voor een cadeaubon en een jazz-elpee leverde hij zijn bijdrage aan mijn en mijn broertjes leven.’

Sinds mijn dertiende weet ik dat mijn broer en ik donorkinderen zijn. En ik weet wie mijn vader is – ik heb zijn contactgegevens en kan hem opzoeken wanneer ik wil – maar hoe mijn moeder mijn vader heeft gevonden wist ik niet, tot een paar maanden geleden Jan Karbaat in de media werd besproken. Hij zou als directeur van een vruchtbaarheidskliniek in Barendrecht in de jaren tachtig en negentig tientallen kinderen hebben verwekt met zijn eigen zaad. Ja, dat is wel een raar verhaal hè, zei mijn moeder, en ze moest lachen. Ik vond het niet zo grappig. Zie je de gelijkenis niet met mijn situatie? vroeg ik. Hoe weet ik of ik halfbroertjes en -zusjes heb, en hoeveel? Ik greep mijn kans, en haalde het onderwerp uit zijn decennialange winterslaap.