Het grootste raadsel in de voortwoekerende kindertoeslagenaffaire bij de Belastingdienst, waarbij vele honderden en wellicht zelfs duizenden onschuldige mensen in de schulden zijn beland, is misschien nog wel dat de verantwoordelijke topambtenaren tot op heden volledig buiten schot zijn gebleven. Een maand geleden bleek, na een WOB-procedure van de onvermoeibare Pieter Klein van RTL en Jan Kleinnijenhuis van Trouw, dat de ambtelijke top van de Belastingdienst er al in 2014 van op de hoogte was dat onschuldige burgers massaal slachtoffer waren van het stopzetten en terugeisen van toeslagen.

In twintig procent van de gevallen hadden de vermeende fraudeurs niets misdaan, bleek uit interne cijfers. Maar in de top van de dienst gingen geen alarmbellen rinkelen. Integendeel: lagere ambtenaren werden aangespoord dat percentage te negeren, en ‘langs de randen van de wet’ te blijven opereren. Toenmalig Algemeen Directeur Hans Blokpoel wilde ‘alles laten dichtdraaien, dus ook toeslagen, zelfs als die waarschijnlijk wel goed zijn.’

Directeur-generaal Peter Veld verzweeg de praktijken voor toenmalig staatssecretaris Eric Wiebes. En toenmalig directeur Toeslagen Gerard Blankestijn ging ondanks waarschuwingen door met de blinde jacht op eventuele fraudeurs en hield bovendien informatie over mogelijk etnisch profileren achter voor staatssecretaris van Financiën Menno Snel.

Intussen spraken overijverige uitvoerders in de dienst leutig over ‘afpakjesdag’ en ‘bij twijfel altijd afwijzen’, en gaven ze hun onderzoeksdossiers namen als ‘Tonga’ en Hawaii’, terwijl ze de levens van vele honderden en misschien wel duizenden onschuldige mensen moedwillig in de vernieling hielpen, met medeweten van hun superieuren.

Snel houdt vol

Zo stapelden de bewijzen van systematisch machtsmisbruik zich de afgelopen maanden op. Maar staatssecretaris Snel houdt vol dat hij geen aanwijzingen van ambtsmisdrijven zou hebben. De enige die tot nu toe door de geplaagde bewindsman op non-actief werd gesteld, is de klokkenluider die hielp de zaak aan het licht te brengen.

De topambtenaren Hans Blokpoel en Peter Veld zijn inmiddels na andere affaires soepeltjes doorgeschoven naar andere ministeries, maar Gerard Blankestijn zit nog steeds bij de Belastingdienst. Sterker nog: vorig jaar werd hij gepromoveerd tot Algemeen Directeur Midden- en Kleinbedrijf, met bijbehorende salarisschaal – een wrang besef voor de onschuldige mensen die de afgelopen jaren mede door zijn toedoen in de financiële ellende kwamen.

Het grootste raadsel: waarom heeft Snel niet al kort na zijn aantreden een ingrijpend onderzoek gelast naar de misstanden bij de Belastingdienst?

Ook binnen de Belastingdienst leidt het tot grote woede dat de verantwoordelijke topambtenaren de dans lijken te ontspringen. Eind november onthulden Trouw en RTL dat medewerkers van de fiscus via de Beeldkrant, het intranet van de dienst, disciplinaire straffen of zelfs strafrechtelijke vervolging eisten tegen leidinggevenden in de ‘hogere echelons’ die de onmenselijke praktijken lieten ontstaan.

Bij het Kamerdebat niet lang daarna –  én na een maandenlange barrage van kritische vragen door de Kamerleden Pieter Omtzigt (CDA) en Renske Leijten (SP) – maakte staatssecretaris Snel bekend twee ‘raadspersonen’ aan te zullen stellen die ‘actief’ op zoek moeten gaan naar mogelijke ambtsmisdrijven. Dat klonk misschien mooi, maar wie, hoe, wanneer en met welk mandaat bleef tot op heden in nevelen gehuld.

En dat is dus het grootste raadsel: waarom heeft Snel niet al kort na zijn aantreden een ingrijpend onderzoek gelast naar de misstanden bij de Belastingdienst, en zelfs niet na het inzien van de door Trouw en RTL opgevraagde stukken waarin het evidente en systematische machtsmisbruik aan het licht kwam? En waarom heeft hij verantwoordelijke topambtenaren als Gerard Blankestijn niet meteen op non-actief gesteld om de bezem door de Belastingdienst te halen?

hand boven het hoofd

Zo versterkt Snel de indruk die veel gedupeerden toch al hebben: dat de boven hen gestelden als het erop aankomt elkaar de hand boven het hoofd houden. En zo werkt de staatssecretaris in de hand dat de gedupeerden zelf naar de rechter stappen, met mogelijk jarenlange procedures en nog meer pijnlijke onthullingen tot gevolg.

Inmiddels heeft bijvoorbeeld Roger Derikx, de gedupeerde vader die vorige week nationaal bekend werd toen hij tijdens het Kamerdebat over de toeslagenaffaire vanaf de publieke tribune woedend uithaalde naar de staatssecretaris, aangifte gedaan tegen de Belastingdienst, nadat een kort gesprek met Snel zelf hem geen millimeter verder bracht.

‘Menno Snel is misschien best een welwillende man, maar ik ben het vertrouwen allang kwijtgeraakt dat de overheid ons recht gaat doen.’

En al eerder deed schadejurist Orlando Kadir van Corpocon Legal, die zelf door de Belastingdienst ten onrechte van fraude werd beschuldigd en ruim 120.000 euro moest terugbetalen, aangifte tegen de fiscus wegens onder andere valsheid in geschrifte, machtsmisbruik, misleiding, bedrog, het achterhouden van informatie en etnisch profileren. Inmiddels hebben bijna zeshonderd andere gedupeerden zich bij de zaak aangesloten. ‘Menno Snel is misschien best een welwillende man,’ zei Orlando Kadir toen ik hem van de week belde, ‘maar ik ben het vertrouwen allang kwijtgeraakt dat de overheid ons recht gaat doen. We gaan desnoods door tot de Hoge Raad.’

Dat is dus wat er gebeurt als de overheid onschuldige burgers systematisch verdacht maakt, als fraudeurs behandelt en vervolgens ook nog in de kou laat staan.

Maar voor Menno Snel geldt: beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Ook voor hem is er maar één uitweg uit de ellende, wil hij niet de geschiedenis ingaan als de man die wegdook achter zijn bureau: zorg niet alleen zo spoedig mogelijk voor ruimhartige schadevergoeding voor alle gedupeerden, maar maak ook eindelijk schoon schip in de top van de Belastingdienst. Er zijn ambtenaren voor minder ontslagen.